Veel verhuurders en huurders van kantoorruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW (‘7:230a BW-bedrijfsruimte’) willen elkaar ondersteunen bij het behalen van (gezamenlijke) doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Met de stijgende vraag naar duurzame energiebronnen is het plaatsen van zonnepanelen op (het dak van) het gehuurde een steeds vaker voorkomende manier om deze doelstellingen te behalen. De verhuurder kan bovendien de opgewekte warmte verkopen aan de huurder.
die veranderingen bij het einde van de huur zonder ‘noemenswaardige kosten’ ongedaan kunnen worden gemaakt; of
de huurder toestemming heeft van de verhuurder; of
de huurder een vervangende machtiging heeft van de rechter.
ALGEMENE BEPALINGEN HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7: 230a BW, met versies uit onder meer 2003 en 2015.
Zie ook [het voorgaande artikel] over onder meer het wettelijke wegneemrecht van de huurder bij het einde van de huurovereenkomst, voor het geval de huurder de zonnepanelen wil wegnemen.
Artikel 6.5 (2003) en artikel 5.6 (2015) van de ROZ-voorwaarden.
Artikel 6.11.2.1 (2003) en artikel 12.1 (2015) van de ROZ-voorwaarden.
Artikel 6.11.2.9 (2003) en artikel 8.3 (2015) van de ROZ-voorwaarden.
Artikel 6.11.2.3 en 6.11.2.4 van de ROZ-voorwaarden 2003.
Artikel 12.2, 12.3 en 12.4 van de ROZ-voorwaarden 2015.