Het derde Landelijk afvalbeheerplan (LAP3) is opgesteld omdat enerzijds Europa en de Wet milieubeheer dat verlangen en anderzijds blijkt uit de evaluaties van LAP1 en LAP2 dat deze plannen goed hebben gewerkt. Ook was een nieuw LAP noodzakelijk voor de transitie naar een circulaire economie. Een circulaire economie is een economisch systeem dat is gebaseerd op het minimaliseren van grondstofgebruik door hergebruik van producten, onderdelen en hoogwaardige grondstoffen. Het is een systeem van gesloten kringlopen waarin producten hun waarde zo min mogelijk verliezen, hernieuwbare energiebronnen worden gebruikt en systeemdenken staat centraal. Het leidende principe voor LAP3 is de transitie naar een circulaire economie.

Figuur 6.1 – Principe van een lineaire, recycle en circulaire economie
Nederland heeft in 2016 zijn ambitie voor een circulaire economie vastgelegd in het Rijksbrede programma "Nederland Circulair in 2050", ook wel Rijksbrede programma CE genoemd. Het Rijksbrede programma CE (Kamerstukken II 2015/16, 32 852 en 33 043, nr. 33) en de transitieagenda's uit het Grondstoffenakkoord (Kamerstukken II 2016/17, 32 852, nr. 46) hadden als voornaamste doel de transitie naar een volledige circulaire economie te bevorderen. Dit betekent dat grondstoffen op duurzame wijze worden gewonnen, efficiënt worden ingezet en optimaal worden hergebruikt. Met de Kamerbrief van 3 februari 2023 heeft de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, als coördinerend bewindspersoon voor Circulaire Economie, het Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-203 (NPCE) aan de Kamer aangeboden (IENW/BSK-2023/33017). Het Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030 bouwt verder op het Rijksbrede programma CE, het daarbij behorende Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie 2019-2023 en het Grondstoffenakkoord. In het NPCE staan de maatregelen die genomen moeten worden om in 2050 circulair te zijn. De rijksoverheid zet in op een mix van beprijzende, stimulerende en normerende maatregelen. Waar het beleid zich eerst vooral richtte op de afvalfase, richt dit zich in het NPCE steeds meer op de gehele keten, van ontwerp en hergebruik tot en met verwerking. Dit vertaalt zich in de doelen van het NPCE gericht op:
Het LAP is één van de instrumenten om de ambities en resultaten van het NPCE beleidsmatig vast te leggen, naar een brede praktijk te vertalen en af te dwingen. In LAP3 komt de relatie tussen het stimuleren van de circulaire economie en het afvalbeleid in meerdere onderdelen aan bod. Niet voor niets is de ondertitel van LAP3 "Slimmer omgaan met grondstoffen". De transitie naar een circulaire economie werkt ook door in de doelstellingen van het LAP die in hoofdstuk A.3 zijn opgenomen.
In LAP3 is het onderscheid tussen materialen die wel en materialen die geen afvalstof zijn verduidelijkt. In hoofdstuk B.6 van LAP3 is de algemene beleidslijn beschreven die geldt bij de uitleg en toepassing van de definitie van het begrip afvalstof, de voorwaarden en criteria voor bijproduct en voor einde-afvalstatus. In het kader van die verduidelijking is door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in juli 2018 de "Leidraad afvalstof of product" uitgebracht. Inmiddels heeft een vierde actualisatie van die leidraad plaatsgevonden en heet de leidraad nu "Handreiking afvalstof of niet-afvalstof" (januari 2025, versie 1.4). De handreiking bevat richtsnoeren die moeten leiden tot een zoveel mogelijk uniforme toepassing van de begrippen afval, bijproduct en einde-afvalstatus.
Het LAP3 introduceerde ook het onderscheid in vormen van recycling, namelijk recycling van het oorspronkelijke functionele materiaal in een gelijke of vergelijkbare toepassing (c1) en recycling van het oorspronkelijke functionele materiaal in een niet gelijke of vergelijkbare toepassing (C2). De chemische recycling via basischemicaliën valt onder deze laatst genoemde vorm van recycling. Daarnaast is het begrip voorkeursrecycling geïntroduceerd dat in sectorplannen terugkomt bij de minimumstandaard en inhoudt dat die wijze van recycling bij voorrang wordt uitgevoerd.
Ook is er in LAP3 een nieuw sectorplan bijgekomen. Sectorplan 85 heeft betrekking op EPS. EPS is verpakkingsafval of bouwafval van geëxpandeerd polystyreenschuim, beter bekend als piepschuim.