PONT, vakblad energie en duurzaamheid staat vol met verdiepende artikelen over de nieuwste ontwikkelingen in de wereld van energie en duurzaamheid. Het blad is bedoeld voor iedereen die professioneel te maken heeft met energie en duurzaamheid, zowel op het niveau van bestuurders, beslissers en beleidsmakers als op het niveau van uitvoerders en medewerkers in de praktijk.
Meld je vandaag aan en ontvang vier keer per jaar het blad gratis op je deurmat!
Op deze pagina zijn alle artikelen uit voorgaande edities van PONT, vakblad energie en duurzaamheid te vinden.
Het begrip ‘warmte’ kun je bekijken vanuit verschillende perspectieven. We willen voorkomen dat het op onze aardbol te warm wordt. We willen menselijke warmte om ons heen. En we willen warmte als het buiten guur en koud is.
De warmtetransitie is in volle gang. Terwijl overheden en bedrijven hun inspanningen opvoeren om klimaatdoelen te bereiken, isoleren bewoners hun huizen en installeren ze warmtepompen. Deze maatregelen dragen niet alleen bij aan een lagere CO2 -uitstoot, maar zorgen bovendien voor meer comfort en een lagere energierekening. Ook de sterke stijging van de gastarieven in de afgelopen jaren speelt een belangrijke rol voor huishoudens om minder afhankelijk te worden van aardgas.
In het publieke debat lijkt de polarisatie almaar verder toe te nemen. De nadruk ligt meer en meer op steeds extremere uitingen in de (sociale) media om een zo groot mogelijk bereik te hebben. Daarbij is er minder ruimte om te zoeken naar gedeelde waarden en bijpassende oplossingen. Dit raakt ook het gesprek over de energietransitie. Daar waar de polen aan de rechterkant van het politieke spectrum zich focussen op ontkenning van (de gevolgen van) klimaatverandering of de onmogelijkheid hier iets aan te doen zonder ons eigenbelang uit het oog te verliezen, hebben de polen aan de linkerkant klimaatverandering de afgelopen jaren tot een bijna ontembare draak gemaakt waarvoor alles moet buigen. Wij als sector doen daaraan bij vlagen mee door in zaaltjes op informatie- of inspraakavonden met veel moreel dedain te verkondigen dat die wind- of zonne-energie echt nodig is om de ramp-die-klimaatverandering-heet af te wenden.
In Nederland bestaat ongeveer 30% van de woningen uit sociale huurwoningen. Woningcorporaties staan voor de uitdaging om hun woningvoorraad te verduurzamen. Hiermee verlagen ze niet alleen de energierekening van bewoners, maar verhogen ze ook het wooncomfort. Corporatie Woonbedrijf is in mei van dit jaar in de Veldhovense wijk d’Ekker gestart met een pilotproject waarbij woningen verwarmd worden door een warmtepomp, gevoed door PVT-panelen op het dak. Het gaat om een warmtepomp die binnen geplaatst wordt en geen geluid maakt, zoals bij bijvoorbeeld lucht-waterwarmtepompen wel het geval is. We spraken met Reindert ter Burg, projectleider planmatig onderhoud bij Woonbedrijf, en Kenneth Besamusca, adviseur woningcorporaties bij Triple Solar, over deze innovatieve aanpak.
“De warmtetransitie is misschien wel de meest ingrijpende en daarmee de meest uitdagende van alle klimaatmaatregelen, omdat je achter iedere voordeur komt. We moeten allemaal keuzes maken voor een nieuwe warmtevoorziening. Dat kan een specifieke oplossing zijn zoals een warmtepomp, maar ook een aansluiting op een duurzaam warmtenet. Hoe dan ook, elke woning moet aangepast worden. Om iedereen goed mee te nemen in dat keuzeproces, is een coöperatieve aanpak bewezen succesvol.” Aan het woord zijn Ilonka Marselis, kennisontwikkelaar en lobbyist, en Fanny Claassen, programmamanager warmte bij Energie Samen.
Beeld: Pawel Czerwinski | Unsplash Door: NVDE in samenwerking met Warmtenetwerk, Netbeheer Nederland en ondersteund door Natuur en Milieu en Bouwend Nederland. De warmtetransitie raakt op stoom. Woningen worden geïsoleerd. Mede als gevolg van de onzekere gasprijzen is de verkoop van individuele warmtepompen stevig gegroeid. De uitrol van de collectieve optie (warmtenetten) blijft nog achter […]
Terwijl bij de opwek van schone elektriciteit het ene record na het andere sneuvelt en inmiddels de helft duurzaam is, verloopt de omslag naar duurzame warmte stukken grilliger. Zeker, het gebruik van aardgas is de afgelopen jaren flink gedaald. Getriggerd door de torenhoge gasprijzen als gevolg van de Oekraïnecrisis verstoken we miljarden kuubs minder. Aanvankelijk kreeg ook de verkoop van warmtepompen een geweldige impuls. De verkoop steeg in 2023 tot 150.000 stuks, maar is inmiddels lelijk ingezakt. Veel ernstiger is de situatie bij de aanleg van warmtenetten: met jaarlijks een schrale 15.000 nieuwe aansluitingen (op grote netten) raakt de ambitie van 500.000 nieuwe aansluiting in 2030 ver buiten bereik. Krakend en piepend komen projecten in grote steden als Amsterdam, Den Haag en Utrecht tot stilstand. Er is reden te over om te somberen over aanhoudende onduidelijkheid rond de marktordening, stijgende (bouw)kosten, niet rond te breien businesscases, onkundige gemeenten en sceptische klanten. Toch lukt het links en rechts wel om projecten uitgevoerd te krijgen. Waar zit hem dat in?
De Rijksoverheid streeft naar het isoleren van 2,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen en gebouwen voor 2030. Het doel: minder CO2 uitstoot en een lagere energierekening. Dit wordt echter bemoeilijkt door de bescherming van vleermuizen onder de Habitatrichtlijn. De richtlijn stelt dat ecologisch onderzoek voorafgaand aan isolatie verplicht is. In 2023 oordeelde de Raad van State dat een isolatiebedrijf deze zorgplicht niet nakwam waardoor, nu een jaar later, de isolatieopgave spaak loopt.
Volgens het Klimaatakkoord van 2019 en de Klimaatwet van 2022 moeten 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen vóór 2030 verduurzamen of van het aardgas af. We willen immers niet meer afhankelijk zijn van gas uit Rusland, en de gaswinning in Groningen is gestopt. Voor toekomstige generaties moeten we de aarde leefbaar houden. Dit alles maakt dat we onze woningen en gebouwen anders, aardgasvrij gaan verwarmen. Voor het realiseren van dit doel worden gemeenten ondersteund door het interbestuurlijke Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (NPLW). We spreken met de directeur, Maureen van Eijk.
Netwerken en congestie zijn heel tegenstrijdige zaken. Netwerken is verbinding zoeken. Congestie impliceert verstopping, ophopen en tot stilstand komen. In dit nummer hebben we het over oplossingen voor congestie in een energienetwerk. Er blijken niet alleen vele oplossingen mogelijk te zijn, maar ook heel verschillende manieren waarop je tegen het verschijnsel congestie kunt aankijken. Er moet eigenlijk meer genetwerkt worden om de congestie gezamenlijk te kunnen aanpakken.
Ben Voorhorst besteedde bij Tennet een heel werkzaam bestaan aan het Nederlandse stroomnet. Toch heeft de kersverse gepensioneerde (‘ik doe alleen nog klussen waarbij ik niet te veel moet’) een verrassend frisse en optimistische kijk op de ogenschijnlijk grootste plaag van de energietransitie: het op gezette tijden vollopen van het stroomnet (netcongestie). ‘Ik zeg niet dat er geen problemen zijn, maar lang niet altijd en overal. Bovendien zijn de meeste van de knelpunten echt oplosbaar.’
De energietransitie komt eindelijk op gang. Zoals dat een goede transitie betaamt, gebeurt dit met de nodige chaos. Terwijl er een recordaantal aan zonnepanelen is geïnstalleerd en de elektrificatie van verwarming en vervoer op gang komt, lopen we langzaam tegen de beperking van het oude centrale marktgedreven systeem op.
Het begrip duurzaamheid is een heerlijke paraplu waar overheden, bedrijven en particulieren zich onder kunnen verstoppen. Alles wordt eronder gevangen, zolang het maar uitkomt. Zo kun je milieumaatregelen nemen als excuus waarom je klimaatmaatregelen even lastiger vindt.
Een gesprek met Nienke Homan (voorzitter VNCI, branchevereniging chemische bedrijven) en Marjolein Demmers (directeur en bestuurder Stichting Natuur en Milieu) met als centrale vraag: moet alle Nederlandse industrie vergroenen en daarmee voor Nederland behouden blijven of moeten we kiezen tussen industrieën?
Vandaag de dag duurzame energieprojecten aansluiten op het elektriciteitsnet is het voor ontwikkelaars van duurzame energieprojecten niet langer een kwestie van een aansluiting aanvragen en wachten op groen licht van de netbeheerder. Creatief omgaan met de ruimte op het elektriciteitsnet is de enige manier om verder te kunnen met de energietransitie. Bij Novar, een Groningse ontwikkelaar van groene energiesystemen, weten ze hoe dat moet. Ten behoeve van hun projecten leggen ze onder meer gesloten distributiesystemen (GDS’en) aan en gebruiken elektrolysers om stroom om te zetten in waterstof. Allemaal oplossingen om de impact van de projecten op het elektriciteitsnet te helpen te minimaliseren. Wannes Deville, senior grid- en technology-adviseur is bij Novar het brein achter deze innovaties.
Al bijna een kwarteeuw werkt Leidenaar Peter Segaar aan wat je gerust zijn levenswerk mag noemen: Nederlands meest complete bestand van zonneprojecten. Elke dag voegt hij aan het inmiddels ruim 13.000 projecten tellende bestand data toe van wéér een installatie op een veld of dak waarvan de meeste officiële rekenmeesters, websites en meters nog geen weet hebben. Wat drijft deze noeste zonnedatapionier?
Kunnen energiehubs zorgen voor duurzame, toegankelijke en betaalbare energie voor de Friezen? Consortium FREON besloot niet langer speelbal te willen zijn van geopolitieke ontwikkelingen.
De twee belangrijkste uitdagingen van de energietransitie zijn het draagvlak voor energieprojecten en de netcongestie. De provincie Drenthe loopt in beide uitdagingen voorop. Sinds de desastreuze uitwerking van de Rijkscoördinatieregeling rondom de windmolens bij de Drentse Monden is draagvlak op dit punt echter ver te zoeken. Mensen voelen zich een wingewest dat wordt afgescheept met spiegels en kralen en het vertrouwen in de overheid is flink geslonken. Ontwikkelaars van zon- en windprojecten worden hier bij wijze van spreken met de hooivork de dorpen uitgejaagd.
De wind waait niet altijd, de zon schijnt niet altijd. Variabiliteit is een kenmerk van ons nieuwe duurzame energiesysteem. Het is tevens een achilleshiel, want vraag en aanbod sluiten niet steeds op elkaar aan. En dat leidt tot tal van problemen. Het zou mooi zijn als we met zon en wind een meer continu energieaanbod zouden kunnen leveren. Daarvoor is flexibiliteit nodig van zowel aanbod als vraag.
Het Nederlandse elektriciteitsnet is een van de meest betrouwbare netten ter wereld. De realiteit is echter ook dat we in de energietransitie zien dat ons net kwetsbaarder wordt en snel vol raakt. Gevraagd: een nieuw en flexibel energiesysteem dat ondernemers en inwoners met slimme oplossingen optimaal kunnen benutten. ‘Kijk naar de mogelijkheden van een Local4Local-energiehub.’
Voor wie draaien de windparken op de Noordzee? Voor het project Onze NoordzeeStroom, van Energie Samen en de Windunie, is dat duidelijk: van en voor de Nederlandse burgers. Dit idee komt nu in een stroomversnelling: Energie Samen doet mee met het consortium Noordzeker en met de lopende tender voor het offshore windpark IJmuiden Ver. Onze NoordzeeStroom kan bij tenderwinst werkelijkheid worden. Wat is het idee en wat ging eraan vooraf?
De coalitie van PVV, NSC, VVD en BBB heeft aangekondigd dat de salderingsregeling voor zonnepanelen per 1 januari 2027 in één keer volledig zal worden afgeschaft. Met deze regeling konden zonnepanelenbezitters de jaarlijks zelf opgewekte stroom wegstrepen tegen hun jaarlijkse verbruik. Zij hoefden daarover geen belasting te betalen. Afgelopen februari stemde een meerderheid van de Eerste Kamer, inclusief twee van de beoogde coalitiepartijen, nog voor het behoud van de regeling.
Aan energie geen gebrek bij Andrea van de Graaf. Zij is onder meer directeur van energiebedrijf Tegenstroom van de gemeente Haarlemmermeer, directeur van Meermaker, het investeringsfonds dat helpt bij de realisatie van innovatieve duurzame projecten in Haarlemmermeer, voorzitter van Energiecoöperatie Zuiderlicht, lid van Coöperatieve Windenergievereniging Meerwind en oprichter van de Energiebank Haarlemmermeer. Waar komt die enorme drive vandaan?
Het Nederlandse elektriciteitsnet is structureel overbelast. Door de transitie naar een duurzaam energiesysteem vindt de elektriciteitsproductie steeds meer door zon- en windprojecten plaats. Die productie is niet constant, want weersafhankelijk. Hier komt bij dat de vraag naar elektriciteit sterk stijgt. Het huidige elektriciteitsnet is (nog) niet geschikt om adequaat in te spelen op deze wijzigingen aan de aanboden vraagzijde. Niet iedereen die daarom vraagt krijgt vandaag de dag dan ook nog capaciteit op het net voor het transport van elektriciteit toegekend. Om dit probleem op de langere termijn structureel op te lossen, moet het elektriciteitsnet op verschillende plekken in het land worden verzwaard en uitgebreid. Daarnaast worden wijzigingen in de wet- en regelgeving doorgevoerd om meer ruimte te creëren op het net. Immers, in deze tijden van congestie moeten alle mogelijkheden worden benut om efficiënt om te gaan met de transportcapaciteit die al op het net beschikbaar is.
Vanaf 21 mei 2024 tot 18 juni 2024 ligt het besluit tot wijziging van het Besluit handel in emissierechten[1] (hierna: het Besluit) in consultatie. Het Besluit betreft weinig tekst, maar omvat een belangrijke wijziging voor onder andere de binnenvaart. Met het Besluit worden de activiteiten die onder het nieuwe emissiehandelssysteem vallen uitgebreid, waardoor ook emissierechten voor de uitstoot van binnenvaartschepen en andere vervoersmiddelen moeten worden gekocht (en ingeleverd). In deze blog bespreken wij de belangrijkste punten.
Het college van burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek (hierna: ‘het college’) heeft een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een zonnepark. Appellanten zijn het niet eens met het verlenen van de vergunning en hebben hiertegen beroep en hoger beroep ingesteld. Op basis van de zonneladder bevindt dit zonnepark zich op de laatste trede. Alleen het betoog van appellanten over de motivering bij het toestaan van een zonnepark op de laatste trede slaagt. Hierom gaat deze samenvatting alleen nader op dit betoog in.
Op het moment van schrijven staan we aan de vooravond van een nieuwe Energiewet. Het wetsvoorstel biedt een geweldige kans om naast de huidige markt een aanvullende markt te creëren. Een markt waar burgers en bedrijven zelf energie delen, onder voorwaarden die ze samen afspreken.
Met Local4Local ontwikkelen Energie Samen en twaalf andere partijen een nieuwe manier om producenten en gebruikers van duurzame energie met elkaar te verbinden in energiegemeenschappen. Naast de relaties tussen commerciële leverancier en klant, die de energiemarkt vandaag de dag karakteriseren, ontstaan steeds meer energiegemeenschappen waarvan de leden gezamenlijk opgewekte energie met elkaar delen. Zita van Aggelen is projectleider bij Local4Local: ‘Local4Local wil het voor leden van energiegemeenschappen makkelijk maken om binnen de bestaande wet- en regelgeving energie af te nemen tegen een eerlijke (lokale) kostprijs.’
Energie Samen onderzocht in samenwerking met NP RES of en hoe lokaal eigendom geborgd is in gemeentelijk beleid voor zon- en windprojecten. Hieruit blijkt dat het streven naar lokaal eigendom bij veel gemeenten nog beter geborgd kan worden.