Menu

Filter op
content
PONT Klimaat

0

De Energiewende in Duitsland

Hoe gaat het met de energietransitie in andere landen? We zijn gaan kijken in vier heel verschillende landen. In dit artikel Duitsland. In Duitsland is men, net als in de beginjaren van de duurzame energie het geval was, hard bezig met wind op land.

26 August 2025


Dit is een artikel uit de nieuwste editie van PONT, vakblad energie en duurzaamheid. Deze editie gaat over de internationale context van de energietransitie. Wil je het blad vier keer per jaar gratis thuis ontvangen?  Schrijf je hier in .

De Energiewende (energietransitie) is een ambitieus project van de Duitse overheid dat zich richt op de overgang naar duurzame energiebronnen. Van oorsprong richt de Energiewende zich voornamelijk op de aanbodzijde van energie, maar het blijkt voor een succesvolle aanpak in toenemende mate nodig om hierbij ook veranderingen van energievraag en energiesysteem te betrekken. Deze transitie markeert een belangrijke verschuiving in de manier waarop Duitsland zijn energie produceert, distribueert en consumeert.

Historische achtergrond

De oorsprong van de Duitse energietransitie ligt in de jaren zeventig, toen de Oliecrisis leidde tot een toenemend bewustzijn van de energieafhankelijkheid. Duurzaamheid en klimaatverandering speelden in het begin slechts een beperkte rol. De kernramp in Tsjernobyl was een belangrijke katalysator voor het besluit om kernenergie uit te faseren. Bondskanselier Merkel draaide dat besluit terug, maar herzag die beslissing na de kernramp in Fukushima van 2011. Inmiddels zijn alle kerncentrales in het land gesloten en is besloten om uiterlijk in 2038 alle steen- en bruinkoolcentrales te sluiten.

Ontwikkeling hernieuwbare elektriciteit

Duitsland zet al decennia in op de opbouw van hernieuwbare elektriciteit, in 2024 goed voor 52 procent van de elektriciteitsconsumptie. Het land heeft weinig mogelijkheden voor waterkracht en zet daarom vooral in op wind- en zonne-energie.

Net als in het verleden in West-Duitsland stuit het sluiten van kolencentrales in de oostelijke deelstaten op weerstand. Dat was reden om het plan om de sluiting van de laatste kolencentrale te vervroegen naar 2030 los te laten en het moment van sluiting over te laten aan de markt. De einddatum 2038 is wel gehandhaafd.

Door de afbouw van kernenergie werd in 2024 159 TWh (30 procent van de totale elektriciteitsproductie) minder CO2 -arme elektriciteit geproduceerd dan het maximum in de periode 2002-2024. De productie van kolenstroom is in dezelfde periode met 172 TWh (65 procent) gedaald tot 95 TWh. De productie van hernieuwbare elektriciteit met waterkracht, windenergie en zonne-energie is daarentegen sinds 2002 gegroeid met 177 TWh (ruim 50 procent) van de totale elektriciteitsproductie. Daarnaast importeerde Duitsland in 2024 25 TWh. De totale elektriciteitsproductie is sinds 2002 gedaald met 96 TWh (19 procent). De wind-op-landsector groeit in Duitsland, met een recordaantal vergunde windturbines in 2024. Ondanks de toename van het aantal vergunningaanvragen is de vergunningprocedure verkort.

Net als Nederland kampt Duitsland met tegenvallers bij de uitrol van wind op zee. Bij de meest recente veiling schreven er geen bedrijven in. Bedrijven vinden dat de risico’s te eenzijdig bij de markt liggen, hebben te maken met stijgende kosten en maken zich zorgen over de afzet van de geproduceerde elektriciteit. Afnemers zijn namelijk niet bereid om meer te betalen voor de elektriciteit.

Energievraag

Mobiliteit

Duitsland zet al een aantal jaar in op alternatieve brandstoffen. Veel Duitse fabrikanten hebben naast elektrische voertuigen ingezet op waterstof. Dat is een misrekening gebleken. Elektrische voertuigen hebben vanwege de hoge kosten van waterstofproductie duidelijk de voorkeur van de fabrikanten.

De productie van en handel in auto’s (automotive) is voor Duitsland een belangrijke economische sector, maar Duitse fabrikanten kampen met stevige uitdagingen. In China, een belangrijke exportmarkt, ligt het aandeel elektrische voertuigen bij nieuwe verkopen inmiddels rond de 50 procent. Chinezen geven de voorkeur aan Chinese merken, waarmee een lucratieve exportmarkt voor Duitse autofabrikanten is weggevallen. Als gevolg van Trumps importheffingen lopen de autofabrikanten ook in de VS tegen uitdagingen aan. Verschillende Chinese fabrikanten (zoals BYD) beginnen bovendien de sprong naar Europa te maken, waarmee importheffingen minder effectief worden. Ondertussen heeft China ook in batterijtechniek en de volledige bijbehorende productieketen een stevig marktaandeel. Vooralsnog heeft Volkswagen ruim de helft van de markt voor elektrische auto’s in handen, maar de verkoop door Chinese fabrikanten is in 2024 meer dan verdubbeld. Dit kost Duitse fabrikanten omzet, winst en werkgelegenheid.

Dat elektrische auto’s rijdende computers zijn, geeft strategische hoofdbrekers bij mogelijke toekomstige botsingen tussen de EU en China. Kan de Chinese overheid de data inzien of zijn voertuigen op afstand te beïnvloeden? Vraagstukken die al eerder speelden in de ICT- en telecomsector worden met de opkomst van Chinese fabrikanten ook in de automotive en energiesector van belang.

Gebouwde omgeving

De warmtetransitie verloopt in Duitsland langzamer dan nodig is om de langetermijndoelstellingen te halen. De plannen voor het verplichten van warmtepompen en het verbieden van olie- en gasgestookte installaties lekten enkele jaren geleden vroegtijdig uit, zonder dat duidelijk was hoe de overheid huishoudens hierbij wilde ondersteunen. Sindsdien is de betaalbaarheid van het uitfaseren van gas en olie als verwarmingsbronnen een politiek heet hangijzer. De wet faseert olie- en gasgestookte verwarmingsinstallatie nog steeds vanaf 2045 uit, maar biedt ook ruimte voor ketels die geschikt zijn voor waterstof, ook al zijn er inmiddels meer dan veertig studies die laten zien dat waterstof te duur is en nauwelijks een rol zal spelen bij verwarming in de gebouwde omgeving. Ondertussen maakt een aantal steden al werk van het uitfaseren van het gasnetwerk. Zo heeft Mannheim aangekondigd het gasnetwerk vanaf 2035 af te sluiten.

Industrie

De industrie in Duitsland heeft het zwaar sinds de hernieuwde invasie van Rusland in Oekraïne en het daarmee wegvallen van goedkoop Russisch aardgas. De import van lng is een duur alternatief, dat niet voor alle bedrijven betaalbaar is. Het Duitse energiebedrijf Uniper kwam hierdoor ernstig in de problemen. Het zag zich door de sancties tegen Rusland gedwongen duurder aardgas in te kopen en werd noodgedwongen genationaliseerd. Inmiddels is het bedrijf weer winstgevend en in overleg over afbouw van het overheidsaandeel.

Voor de middellange en lange termijn ziet Duitsland een belangrijke rol voor waterstof in de industrie. In de praktijk kampt het land met tegenvallers bij de aanleg van de infrastructuur. Verschillende waterstofprojecten zijn de afgelopen jaren afgeblazen. Zo stopte Equinor de aanleg van een waterstofleiding vanuit Noorwegen naar Duitsland en schrapte E.ON de aanleg van een elektrolyser. Ook de industrie heeft moeite om aan betaalbare groene waterstof te komen. De CEO van Thyssen-Krupp waarschuwde dat de prijs van groene en geïmporteerde waterstof te hoog is om een nieuwe staalfabriek levensvatbaar te maken.

Conclusie

Ondanks de uitdagingen ligt Duitsland op koers om de klimaatdoelen voor 2030 te behalen. De snelle uitbouw van hernieuwbare elektriciteit compenseert voor de tegenvallers in de gebouwde omgeving en bij mobiliteit. De hoge prijs van aardgas en waterstof zorgt voor problemen in de Duitse industrie. Een snellere versterking van het elektriciteitsnetwerk is nodig om windenergie vanuit het noorden naar de industriële gebieden in het zuiden te transporteren.

Ook de opkomst van Chinese autofabrikanten stelt de Duitse industrie voor problemen en kan serieuze gevolgen hebben. Het gaat daarbij niet alleen om gevolgen voor de werkgelegenheid, maar ook om strategische vraagstukken die samenhangen met de groeiende afhankelijkheid van China. Deze vraagstukken zouden een rol moeten gaan spelen bij de beleidskeuzes in de energietransitie, wat vooralsnog maar zelden het geval is.

Dit artikel staat in PONT, vakblad energie en duurzaamheid (editie 2025-3). Ieder kwartaal duiken we met dit nieuwe magazine de diepte in, met interviews, verdiepingsartikelen en opinies van experts op het gebied van energie en duurzaamheid. En bovendien: je kunt het helemaal gratis in de bus ontvangen. Klik hier voor meer informatie of een kosteloos abonnement.

Artikel delen