De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft een beslissing genomen op het bezwaar van de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. (NAM) tegen de besluiten om de NAM te certificeren als opslagsysteembeheerder van de ondergrondse gasopslagen Norg en Grijpskerk. De ACM bevestigt dat de NAM als opslagsysteembeheerder van de ondergrondse gasopslagen Norg en Grijpskerk, moet worden gecertificeerd op grond van de Gasverordening. De ACM is van mening dat de bezwaren van de NAM deels gegrond zijn omdat de ACM geen voorwaarden aan de certificering had mogen verbinden, aangezien er geen gevaar voor de leveringszekerheid is. Op dit punt zullen de primaire besluiten worden herroepen.
In 2022 is artikel 3bis van de Gasverordening in werking getreden. In dit artikel is de verplichting opgenomen om opslagsysteembeheerders van ondergrondse gasopslagen te certificeren. De certificering heeft tot doel om te voorkomen dat de energievoorzieningszekerheid in de Europese Unie in gevaar komt. De ACM heeft de NAM als opslagsysteembeheerder van de ondergrondse gasopslagen Grijpskerk en Norg gecertificeerd. De NAM heeft bezwaar tegen deze besluiten aangetekend.
Volgens de NAM is de ACM niet bevoegd om tot certificering over te gaan. Ook had de ACM geen voorwaarden aan de certificering mogen verbinden.
De ACM is van mening dat de ACM de bevoegde instantie is om tot certificering over te gaan. Na onderzoek heeft de ACM de NAM terecht als opslagsysteembeheerder van de ondergrondse gasopslagen Norg en Grijpskerk aangemerkt. Het bezwaar is gegrond ten aanzien van de voorwaarden die aan de certificering zijn verbonden. Op dit punt zullen de primaire besluiten worden herroepen.
De NAM kan beroep instellen tegen dit besluit van de ACM bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Daarvoor heeft zij zes weken de tijd.