Het ‘ESG framework’ wordt gebruikt om in kaart te brengen hoe duurzaam en ethisch een organisatie handelt. ESG (Environment, Social and Governance) betekent dat er gelet wordt op:
mogelijke effecten op het milieu (environmental)
mogelijke effecten op de maatschappij (social)
goed en eerlijk bestuur (governance)
In dit dossier ligt de nadruk op de E (environmental) in ESG: de milieu- en klimaatimpact.
ESG omvat de niet-financiële impact van ondernemingen op de wereld: de gevolgen voor eigen werknemers, de samenleving en het milieu. ESG-rapportages moeten ervoor zorgen dat aandeelhouders en consumenten inzicht hebben in de effecten van organisaties op de wereld en hoe toekomstbestendig bedrijven zijn. De uitwerking van de drie onderdelen van ESG staan in de Europese duurzaamheidsrapportage standaarden (ESRS).
Wat valt er onder ESG-beleid en wat moet meegenomen in een ESG-rapportage? Het is belangrijk om hier per onderdeel over te rapporteren. Ook is het goed om te weten dat de gevolgen van het beleid op de lange termijn en in alle vertakkingen van het beleid moeten meegenomen worden. Elke organisatie is anders en heeft op een andere manier impact op de wereld. Elke ESG-rapportage zal dus ook andere onderdelen bevatten.
Onder het milieugedeelte van een ESG-rapportage valt de impact op de natuur in het heden en de toekomst. Dit gaat over wat organisaties doen tegen de negatieve impact van de bedrijfsvoering, zoals vervuiling van de grond of opwarming van het klimaat door uitstoot van broeikasgassen. Maar ook om de positieve impact, bijvoorbeeld met het planten van bomen of een circulaire productieketen. Wat doet een bedrijf om klimaatverandering te beperken of ecosystemen te beschermen? Zo wordt zichtbaar hoe toekomstbestendig en duurzaam een organisatie is.
Rapporteren over hoe duurzaam een onderneming is, is best ingewikkeld. Elke organisatie heeft negatieve effecten op het milieu- en klimaat, alleen al door de uitstoot van de werknemers en de energie die bedrijfspanden en data-opslag gebruiken. Er kunnen verschillende milieucriteria worden opgenomen in een ESG-rapportage.
Voorbeelden van milieucriteria zijn:
Energiegebruik
Wat is het totale energiegebruik? Denk aan kantoren, datacenters, productie en vervoer. Welke energiebronnen worden gebruikt? Wordt er geïnvesteerd in duurzame energie, bijvoorbeeld door de aanleg van zonneparken, windturbines of groene waterstof?
Uitstoot van broeikasgassen
Hoe veel CO2 wordt er geproduceerd? Hoe veel stikstofdepositie hebben projecten? Denk hierbij aan de hele keten: bouwwerkzaamheden, de uitstoot van machines, het distribueren van producten, de reisbewegingen van werknemers en de uitstoot van datacenters die websites en documentenopslag regelen. Daarnaast is het belangrijk om te rapporteren over het beperken van al deze uitstoot.
Afval en vervuiling
Wat is het effect op de natuur? De lozing van afval of uitstoot van giftige stoffen van schoorstenen kan invloed hebben op de natuur in de omgeving. Denk aan waterkwaliteit en biodiversiteit. Een organisatie kan ook positieve impact maken met projecten die de kwaliteit van de natuur juist verbeteren of beschermen.
Circulariteit
Hoe circulair is een onderneming? Denk aan het gebruik van hoogwaardige materialen die lang meegaan, materialen met een kleine voetafdruk die hergebruikt kunnen worden en het recyclen van alles wat niet meer gebruikt wordt.
Dierenwelzijn
Ook dierenwelzijn valt onder de E in ESG. Als een organisatie werkt met dieren, moeten die juist worden behandeld. Ook kunnen werkzaamheden of producten (onbewust) invloed hebben op diversiteit in een gebied. Ook hier kan de rapportage zowel positieve als negatieve effecten bevatten.
De Europese Unie heeft verschillende wet- en regelgeving aangenomen die structuur moet geven aan ESG-rapportages. Met de verplichtingen die hieruit volgen, spoort de EU bedrijven aan om transparant te zijn over de impact die zij hebben op de wereld. De EU schrijft alleen transparatie voor, maar de hoop is dat bedrijven die moeten rapporteren over hun duurzaamheidsbeleid ook duurzamere keuzes maken. In ieder geval kunnen stakeholders en consumenten beter geïnformeerde beslissingen maken.
De volgende Europese wet- en regelgeving die betrekking heeft op duurzame bedrijfsvoering is al in werking getreden:
Op dit moment is de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) nog in de procedurefase. Lees meer over de CSDDD in dit artikel.
Een uitgebreid overzicht van alle Europese wet- en regelgeving die valt onder de Green Deal is hier te vinden.
Over het ESG-beleid van Nederlandse overheden is nog weinig bekend. De Rijksoverheid lijkt de term nagenoeg niet te hanteren en meer te focussen op ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’. In 2030 moet de Nederlandse overheid zelf echter ook rapporteren over de impact van haar beleid op de drie ESG-onderdelen. Het is nog onduidelijk hoe daar naartoe wordt gewerkt.
Provincies en gemeenten spelen een belangrijke rol bij het halen van de doelstellingen die Nederland op EU-niveau heeft gemaakt. Deze lokale overheden hebben veel te maken met de effecten van ESG-beleid: overstromende rivieren door klimaatverandering, verslechterde natuurgebieden door stikstofdepositie, vervuilde grond door fabrieken. Het is dus belangrijk dat ESG hoog op de agenda van lokale overheden staan.
In dit dossier vind je nieuws en achtergrond met betrekking tot de ontwikkelingen rondom de ‘E’ in ESG.
Europese toezichthouders publiceren greenwashing-rapporten
Nieuws-persberichtGrote ondernemingen moeten uitgebreider rapporteren over duurzaamheid
Nieuws-persberichtMonitor Brede Welvaart en SDG’s 2024
PublicatieKlimaatzaak Milieudefensie e.a. – rechtbank beveelt Shell te zorgen voor CO2-reductie
Jurisprudentie – Samenvattingen