De verduurzaming van de gebouwde omgeving is in volle gang. Huizen worden beter geïsoleerd en verwarmd zonder aardgas. Toch blijft er werk aan de winkel, vooral in de bestaande woningen en gebouwen. Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), roept iedereen op om aan de slag te gaan. Niet blijven hangen in plannen, maar samen overgaan tot uitvoering. Daarom biedt de overheid tal van subsidies, financiering en ondersteuning.
Minister Keijzer ziet goede redenen om bestaande woningen juist nu te verduurzamen. Door stijgende en grillige energiekosten, druk op huishoudens in slecht geïsoleerde huizen en afhankelijkheid van fossiele energie is actie nodig. Verduurzaming vergroot de weerbaarheid van Nederland, verhoogt de waarde van koopwoningen en bedrijfspanden en draagt bij aan een gezonde leefomgeving voor toekomstige generaties.
Nu de huurbevriezing niet doorgaat, blijven woningcorporaties onverminderd inzetten op verduurzaming van sociale huurwoningen. Dit kan de vaste lasten van veel mensen verlagen. Zeker nu woningcorporaties geen huurverhoging voor isolatie in rekening brengen. De afspraak is dat woningcorporaties uiterlijk in 2028 alle woningen met energielabel E, F of G verduurzamen naar betere energielabels. Daarin zijn ze al goed op weg: in 2022 waren er nog 247.400 woningen met een slecht energielabel. In 2023 daalde dit naar 180.700 en in 2024 zijn het er nog 142.900.
Minister Keijzer ziet ook kansen voor woningeigenaren en VvE’s. Gemeenten hebben middelen gekregen om lokale isolatieaanpakken op te zetten voor deze doelgroepen. Daarmee worden bewoners – vooral huishoudens met lage inkomens – actief ondersteund met advies, financiering en subsidies. Inmiddels begint dit geleidelijk aan zichtbaar resultaat op te leveren: in het 1e kwartaal van dit jaar waren 20.000 woningen geïsoleerd, tegenover 8000 eind 2024. Daarvan zijn er 1600 via doe-het-zelf-isolatie aangepakt. Vergeleken met vorig jaar zijn ook meer gemeenten actief aan de slag met de uitvoering. Voor de 3e en laatste ronde hebben 340 van de 342 gemeenten meer middelen aangevraagd. Om het doel van 750.000 geïsoleerde woningen in 2030 te halen, is een flinke versnelling nodig. Daarom wordt onder andere de ondersteuning aan gemeenten versterkt.
Ook op landelijk niveau worden krachtige maatregelen ingezet om verduurzaming voor brede doelgroepen haalbaar en betaalbaar te maken:
De investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) is in 2024 ruim 205.000 keer toegekend voor 210.000 isolatiemaatregelen en 90.000 warmte-opties (zoals warmtepompen).
De Subsidieregeling verduurzaming vve’s (SVVE) heeft in 2024 meer dan 580 VvE’s geholpen met subsidie.
Het Nationaal Warmtefonds biedt renteloze leningen aan woningeigenaren met lage of middeninkomens, en bereikt steeds meer mensen met lagere inkomens die eerder niet met verduurzaming bezig waren. Vorig jaar hebben bijna 30.000 huishoudens Nationaal Warmtefonds benut.
Er zijn subsidieregelingen voor private verhuurders (SVOH) en maatschappelijk vastgoed (DUMAVA).
Deze instrumenten tonen hoe financiële prikkels en toegankelijke leningen het handelingsperspectief voor verduurzaming verbreden. Ze ondersteunen woningeigenaren, VvE’s, sociale en particuliere verhuurders én instellingen zoals scholen en zorglocaties. Een goed energielabel vormt daarbij een belangrijk vertrekpunt. Vanaf 2030 sluit een nieuwe rekenmethode beter aan op het werkelijke energieverbruik.
Hoewel de voordelen duidelijk zijn, verloopt de verduurzaming van gebouwen niet vanzelf. Netcongestie, personeelstekorten en de uitrol van warmtenetten vertragen de voortgang. De overheid zet zich in om deze knelpunten aan te pakken. Meer aandacht is nodig voor verduurzaming van huurwoningen bij particuliere verhuurders en VvE’s. Het doel blijft: in 2050 elk gebouw emissievrij verwarmen.