De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) controleert jaarlijks verschillende opslaglocaties voor biobrandstof. Doel is om na te gaan of de opgeslagen brandstoffen echt biobrandstoffen zijn . Onze inspecteurs controleerden ondermeer op Koolstof 14. Alle gecontroleerde brandstoffen zijn biobrandstoffen. Bij een paar locaties werden afwijkende waarden aangetroffen.
Een van de taken van de NEa is het toezicht houden op (bio)brandstoffen voor vervoer die aan de Nederlandse markt worden geleverd.
Beeld: NEa
Onze inspecteurs voeren (on)aangekondigde inspecties uit bij faciliteiten voor brandstofopslag om de brandstoffen te controleren op biogene kenmerken.
De controles richtten zich op dieselvervangers HVO (pure hydrogenated vegetable oil), FAME (pure fatty acid methyl ester), en maritieme biobrandstof.
In totaal bezocht de NEa 35 opslagtanks, op 18 locaties, van 11 bedrijven.
De (brandstof)monsters die onze inspecteurs bij de opslaglocaties hadden afgenomen zijn in laboratoria geanalyseerd. De resultaten wijzen uit dat op alle locaties HVO, FAME en CNSL (cashew nut shell liquid) is aangetroffen. Dat betekent dat alle gecontroleerde brandstoffen biobrandstoffen zijn, die bijdragen aan de verduurzaming van de Nederlandse vervoersector.
Bij vier opslagtanks voor zuivere biobrandstof constateerden onze inspecteurs afwijkingen. De betrokken bedrijven konden de afwijkingen verklaren. Zo was er fossiele diesel toegevoegd om stolling van de pure biobrandstof te voorkomen. Deze brandstoffen waren nog niet geregistreerd in het Register Energie voor Vervoer (REV), daarom heeft de NEa geen maatregelen opgelegd. Slechts het volume biobrandstof mag ingeboekt worden dat fysiek aan de Nederlandse markt is geleverd.
De voorwaarden voor het registreren van biobrandstofleveringen zijn nog eens onder de aandacht gebracht van deze bedrijven. Na deze controle ontvangen deze bedrijven een inspectiebrief van de NEa. De verificateurs die betrokken zijn bij de registraties van deze bedrijven in het REV, ontvangen een afschrift van deze brief. In deze brief komen de bevindingen van de inspecteurs aan bod, waaronder de afwijkende waarden. De NEa volgt de registraties van deze bedrijven in het REV.
Aanleiding om op Nafta te controleren waren de signalen van andere toezichthouders, die de NEa eerder ontving. De biobrandstof FAME zou met een aandeel Nafta worden geblend. Nafta is over het algemeen fossiel en alleen over de biogene kenmerken worden HBE’s berekend. Het blenden van brandstof met een lagere energie-inhoud en de eventuele veiligheidsrisico’s van dit mengsel bij het uitvoeren van inspecties waren voor de NEa de redenen om dit te controleren. Bij de onderzochte tanks is geen nafta aangetroffen.
