In onze recente blog over ESG en commerciële contracten kwam de voorgestelde Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) al aan de orde. Deze richtlijn schrijft kort gezegd voor dat bedrijven gepaste zorgvuldigheid (due diligence) moeten betrachten om verantwoord en duurzaam te ondernemen. Bedrijven moeten daarbij duurzaamheidsrisico’s in hun waardeketens in beeld brengen, de verwezenlijking van die risico’s tegengaan en bovendien hierover communiceren. In de afgelopen weken werd steeds onzekerder of de CSDDD überhaupt het licht zou gaan zien, nu verschillende Europese lidstaten bezwaar hadden tegen het eerdere voorstel. Onlangs heeft de meerderheid van de EU-landen de CSDDD toch goedgekeurd, zij het in afgeslankte vorm. In deze blog belichten wij de belangrijkste wijzigingen in de voorgestelde richtlijn.
De belangrijkste aanpassing heeft betrekking op de scope van de CSDDD: ondernemingen moeten nu aanzienlijk groter zijn om onder de richtlijn te vallen dan eerder was voorgesteld. Bovendien wordt de risicovolle sectorbenadering geschrapt. Dit wil zeggen dat ondernemingen binnen hoogrisicosectoren[1] van een bepaalde grootte niet langer per definitie onder de CSDDD vallen. De aangepaste CSDDD bevat echter wel een herzieningsclausule, die de mogelijkheid biedt om deze risicovolle sectorenbenadering in een later stadium alsnog door te voeren. Voor nu zal de CSDDD naar verwachting slechts direct van toepassing gaan zijn op 30% van de ondernemingen die aanvankelijk direct onder de CSDDD zouden gaan vallen.
Het gewijzigde toepassingsbereik van de CSDDD is inzichtelijk gemaakt in onderstaande twee infographics:
Eerdere voorstel Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD)
Huidige voorstel Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD)
Verder is het downstream-gedeelte van de definitie van de ‘waardeketen’ beperkt door afvoer en vernietiging van het product weg te strepen. Daarnaast is het downstream-gedeelte beperkt tot zakelijke partners die activiteiten uitvoeren voor of namens het bedrijf, indirecte relaties vallen hier niet langer onder. Tot slot zijn ten aanzien van mogelijke civiele aansprakelijkheid de verplichtingen versoepeld, in die zin dat lidstaten nu meer flexibiliteit hebben bij de toepassing ervan.
In de aangepaste CSDDD is tevens een regeling opgenomen waarin staat beschreven binnen welke termijn ondernemingen moeten voldoen aan de regelgeving. Bij inwerkingtreding van de CSDDD geldt vooralsnog dat:
ondernemingen met meer dan 5000 werknemers en 1500 miljoen omzet 3 jaar de tijd krijgen om aan de CSDDD te voldoen;
ondernemingen met meer dan 3000 werknemers en 900 miljoen omzet 4 jaar de tijd krijgen om aan de CSDDD te voldoen;
ondernemingen met meer dan 1000 werknemers en 300 miljoen omzet 5 jaar de tijd krijgen om aan de CSDDD te voldoen.
Voordat de CSDDD in werking treedt, moet het Europees Parlement nog stemmen over de richtlijn. Het is de bedoeling dat deze stemming plaatsvindt vóór de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni 2024. Daarna zullen EU-landen de CSDDD binnen 2 jaar moeten omzetten in nationale wetgeving.
De door de lidstaten goedgekeurde versie van de CSDDD is weliswaar afgeslankt, maar zal na inwerkingtreding een baanbrekend onderdeel worden van het wetgevingsarsenaal rondom maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarmee wordt het integreren van ESG in de bedrijfsvoering – al dan niet via de verplichtingen van een waardeketenpartner – steeds minder vrijblijvend, en steeds meer vanzelfsprekend.
Heeft u vragen over de CSDDD of over andere ESG-thema’s? Holla’s ESG-team helpt u graag verder.
[1] Waaronder productie en groothandel in textiel, kleding en schoenen, landbouw, productie van voedsel en handel in landbouwmaterialen, winning van en groothandel in minerale hulpbronnen of productie van aanverwante producten.