Bij de ontwikkeling van circulaire en klimaatneutrale humane, dier- en non-food-toepassingen zal laag trofische mariene biomassa een belangrijke rol spelen. Laag trofische mariene soorten bevinden zich net als mosselen laag in de voedselketen. Ze hebben geen land of zoet water nodig en halen hun voeding rechtstreeks uit hun leefomgeving.
Daarnaast bevordert de mosselkweek in een hangcultuur de biodiversiteit, neemt deze relatief weinig ruimte in beslag en veroorzaakt het geen fysieke verstoring van de zeebodem. Mosselen passen daarom goed in een circulair voedselsysteem.
De mogelijkheden van mosselen worden momenteel beperkt benut. Mosselen zitten vol met gezondheidsbevorderende stoffen, zoals vitamines, kleine eiwitten en omega-3-vetzuren. Onderzoek heeft aangetoond dat stoffen in mosselen bloedarmoede bij tong kunnen verlichten en ratten met artritis kunnen helpen. Het potentieel voor mensen is veelbelovend waaronder de preventie van bloedarmoede, hart- en vaatziekten, ontstekingsremmende effecten en het verlichten van artritis en diabetes. Naast mosselen laten ook andere laag trofische mariene soorten een groot potentieel zien als bron van eiwitten en gezondheidsbevorderingen stoffen.
Om hoogwaardige ingrediënten uit laag trofische mariene biomassa goed te kunnen benutten, wordt de biomassa in verschillende fracties gescheiden. Deze fracties kunnen vervolgens gebruikt worden als ingrediënten voor hoogwaardige levensmiddelen, voedingssupplementen of speciaal samengestelde visvoeders als vervanging van verse voeding in de aquacultuur. Deze aanpak biedt kansen om nieuwe duurzame verdienmodellen te ontwikkelen met toegang tot nieuwe markten binnen een circulaire economie.