De Universiteit Utrecht heeft 170 locaties met afwijkende PFAS-concentraties gevonden in het Nederlandse oppervlaktewater. Dit blijkt uit een verkenning in opdracht van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De ILT spoort de verantwoordelijke bedrijven van PFAS-vervuiling op om passende maatregelen te nemen.
PFAS zijn schadelijke stoffen die we overal in het milieu aantreffen en helaas nauwelijks afbreken. Guido van der Meij is projectleider PFAS bij de ILT: “Omdat PFAS in veel producten voorkomen en gevaarlijk kunnen zijn, houdt de ILT toezicht op het gebruik van deze stoffen. We hebben de Universiteit Utrecht gevraagd onderzoek te doen naar PFAS in het oppervlaktewater, omdat we willen weten waar PFAS-afwijkingen vandaan komen. Deze vervuilende bronnen sporen we op en pakken we aan. Natuurlijk zien we het liefst dat bedrijven zelf bewust zijn van hun bijdrage aan de vervuiling en stappen ondernemen om uitstoot te voorkomen.”
De Universiteit Utrecht zette een eerste stap naar de opsporing van PFAS-bronnen. Voor deze verkenning is gebruikgemaakt van meetgegevens van Rijkswaterstaat over concentraties in de Rijn en Maas en data van Nederlandse waterschappen over regionale en binnendijkse wateren tussen grofweg 2018 en 2023. In de gegevens is gezocht naar afwijkende concentraties in een poging lokale bronnen op te sporen.
De analyse toont ongeveer 170 locaties waar sprake is van afwijkende concentraties. Dit suggereert dat er bij deze locaties een PFAS-bron in de nabijheid is of is geweest.
Volgens PFAS-onderzoeker Chiel Jonker van de Universiteit Utrecht is het een uitdagende exercitie geweest, omdat PFAS in zoveel verschillende processen en producten worden toegepast. “Een aantal gevallen waar sprake was van verhoogde concentraties in de grote rivieren en binnendijkse wateren konden worden gelinkt aan bedrijven waarvan bekend is dat zij PFAS mogen lozen. Maar in veel andere gevallen was het lastig om een specifieke bron aan te wijzen en zijn suggesties voor potentiële bronnen gedaan. Omdat het onderzoek is gedaan op basis van beperkte beschikbare data die tot 2023 voorhanden was, moet het huidige onderzoek vooral worden gezien als een opstap naar uitgebreid vervolgonderzoek naar PFAS-bronnen in Nederland.”
Bedrijven die PFAS gebruiken kunnen gerichte inspecties verwachten. De ILT gaat dit jaar verder onderzoek doen naar PFAS-bronnen op basis van actuelere data, waarbij wordt samengewerkt met Rijkswaterstaat, waterschappen en omgevingsdiensten. Op die manier zullen bij de verantwoordelijke bedrijven passende maatregelen worden genomen. De ILT wil daarnaast bedrijven stimuleren om op een verantwoorde wijze tijdig over te stappen naar volledig PFAS-vrij blusschuim.
De ILT heeft als doel om de leefomgeving minder bloot te stellen aan PFAS. Met de hulp van de verkenning van de Universiteit Utrecht krijgen de inspectie en andere bevoegde gezagen inzicht in waar zich binnen Nederland locaties bevinden waar PFAS worden toegepast, gebruikt, geloosd en uitgestoten.