De EU wilt de duurzaamheid van voedselvoorzieningen vergroten en de behoefte aan pesticiden verminderen met nieuwe regels voor plantverdelingstechnieken.
Plantenveredeling is een eeuwenoude praktijk dat wordt gebruikt om nieuwe plantenvariëteiten te creëren uit bestaande variëteiten. Het doel is om kwaliteiten te verkrijgen zoals een hogere opbrengst, meer weerstand tegen ziekten, of verbeterde voedingswaarden.
Dankzij de vooruitgang in de biotechnologie kunnen nieuwe plantenvariëteiten tegenwoordig sneller en nauwkeuriger worden ontwikkeld door hun genetische structuur te bewerken.
In de EU vallen momenteel alle genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) onder de GGO-wetgeving (Engels) uit 2001. De technieken voor het kweken van planten zijn de laatste twee decennia echter sterk geëvolueerd. Nieuwe genomische technieken (NGT's) maken meer gerichte, precieze en snellere resultaten mogelijk dan meer traditionele methoden.
Nieuwe genomische technieken zijn manieren om planten te kweken door specifieke veranderingen in het DNA aan te brengen.
Veel van deze technieken hebben geen vreemd genetisch materiaal nodig van soorten die niet natuurlijk met elkaar kunnen kruisen. Dit betekend dat soortgelijke resultaten behaald kunnen worden met traditionele methoden, zoals hybridisatie, al neemt dat veel meer tijd in beslag.
NGT’s zouden kunnen helpen bij de ontwikkeling van nieuwe planten die beter bestand zijn tegen klimaatextremen, of die minder meststoffen en pesticiden nodig hebben.
GGO's zijn organismen met genen die op een manier zijn aangepast, die niet natuurlijk zou voorkomen door traditionele veredeling. Dit wordt vaak bereikt door gebruik te maken van het genoom van een andere soort.
Voordat een GGO-product in de EU op de markt mag worden gebracht, moet het een zeer strenge veiligheidscontrole ondergaan. Er zijn ook strenge regels voor toelating, risicobeoordeling, etikettering en traceerbaarheid.
In juli 2023 heeft de Europese commissie een nieuwe richtlijn voorgesteld voor planten die met bepaalde nieuwe genomische technieken zijn geproduceerd.
Het voorstel zou het makkelijker maken om deze NGT-planten goed te keuren als ze gelijkwaardig aan conventionele planten worden beschouwd. Voor deze NGT-planten wordt geen vreemd genetisch materiaal gebruikt van een soort die van nature niet kan kruisen.
Andere NGT-planten zouden nog steeds moeten voldoen aan strengere voorwaarde die vergelijkbaar zijn met degene onder de huidige GGO-regels.
NGT-planten blijven verboden in de biologische productie en hun zaden moeten duidelijk gemarkeerd worden om ervoor te zorgen dat boeren weten wat ze telen.
De milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheidcommissie van het Parlement heeft op 24 januari 2024 haar standpunt over het voorstel van de commissie vastgesteld. Commissieleden hebben hun steun uitgesproken voor deze nieuwe regels. Ze zijn het erover eens dat planten geproduceerd via NGT, die vergelijkbaar zijn met natuurlijk voorkomende variëteiten, vrijgesteld moeten worden van de strenge eisen van de GGO-wetgeving.
Om juridische onzekerheden te vermijden en ervoor te zorgen dat boeren niet te afhankelijk worden van grote zaadbedrijven, willen commissieleden alle patenten op alle NGT-planten verbieden.
Het hele Parlement zal tijdens de eerste plenaire vergadering in februari over het voorstel stemmen, waarna het kan beginnen met de onderhandelingen over de nieuwe wet met de EU-regeringen.