Op woensdag 8 november ging Gasunie de financiële markten op met haar eerste groene obligatie. Het doel was om 300 miljoen euro op te halen, waarmee duurzame projecten zoals het waterstofnetwerk en WarmtelinQ gefinancierd worden. Binnen een paar uur was er zes keer zo veel interesse van investeerders als nodig, vertellen Jurriën Appers en Rick Mulder van Treasury Front Office.
‘Er is ontzettend veel te doen in de energietransitie. Gasunie heeft de opdracht gekregen om het waterstofnetwerk voor Nederland aan te leggen. En hoewel we een staatsdeelneming zijn en subsidies krijgen, hebben we tot 2030 nog steeds minimaal 8,5 miljard euro nodig om alle opdrachten te kunnen uitvoeren. We financieren dat met eigen én vreemd vermogen. Vreemd vermogen kan van bancaire kredieten zijn, maar ook van geld van investeerders via obligaties. Zo financieren we ons werk al heel lang.’
‘Bij sustainabilty-linked bonds, die we eerder al uitgaven, hebben we met de investeerders duurzaamheidsdoelen afgesproken waar Gasunie aan gaat voldoen. We kunnen het opgehaalde geld echter voor alle soorten projecten gebruiken. Het geld dat we ophalen met groene obligaties is uitsluitend voor duurzame projecten bedoeld. Collega-bedrijven met een elektriciteitsnet zoals TenneT, Enexis en Alliander geven al langer groene obligaties uit. We zijn de eerste gashoofdtransportnetbeheerder in de eurozone die een groene obligatie uitgegeven heeft.’
‘We hebben bijvoorbeeld investeringsbesluiten genomen voor het eerste deel van het Nederlandse waterstofnetwerk, waarvoor de Koning in oktober 2023 een officieel startsein heeft gegeven in Rotterdam. De aanleg van WarmtelinQ - de warmteleiding van de Rotterdamse haven naar Den Haag en Leiden – is ook al begonnen. Verder worden de plannen voor afvang en opslag van CO2 in lege gasvelden onder de Noordzee steeds concreter: met Aramis en met Porthos dat recent van start is gegaan.’
‘Met een groene obligatie, die direct gelinkt is aan een duurzaam project, bereiken we een grotere groep investeerders dan normaal. De obligatie voldoet aan een aantal Europese financiële duurzaamheid-standaarden. Daarmee kunnen investeerders voldoen aan hun eigen ESG-doelen voor duurzame beleggingen. Zo konden we voldoende geld ophalen tegen goede voorwaarden.’
‘Dat vinden we belangrijk, omdat hier de meeste van onze energietransitie-activiteiten plaatsvinden. Hier gaat de schop de grond in. Daarnaast hebben we ook gekeken naar het beleggingsbeleid van de kopers. 63% van de stukken is uiteindelijk verkocht aan ‘groene’ partijen. Verder hebben we vooral beleggers geselecteerd van wie bekend is dat ze ons als een langetermijninvestering zien.’
‘Het was de planning om op woensdag 8 november de markt op te gaan met onze groene obligatie, maar ’s ochtends geef je pas een go of no go. Door de ontwikkelingen in Israël en Gaza waren de financiële markten zenuwachtig, maar de maandag en dinsdag ervoor waren goede dagen. Samen met de drie banken die ons begeleidden – ABN AMRO, ING en Credit Agricole – hielden we dat in de gaten. Zij adviseerden ons of het wel of niet verstandig was om die dag een uitgifte te doen. Gelukkig kwam er een positief advies.’
‘Toen zagen we de teller vrij vlot oplopen. We hadden 300 miljoen euro nodig, maar om elf uur zaten we al bijna op 700 miljoen. Vervolgens gingen we over de miljard, en uiteindelijk zelfs richting de twee miljard. Dan ben je heel blij. We konden de rente daardoor nog wat verlagen. De voorwaarden zijn niet alleen voor ons gunstig, ook voor onze investeerders is het een mooie deal. We hebben hier met z’n allen maandenlang naartoe gewerkt en de uitgifte was een groot succes. Dit smaakt naar meer!’