Nederland heeft behoefte aan een gretig kabinet. Kabinet en parlement zijn aan zet om de maatschappelijke uitvoeringskracht verder te ontsluiten door richting en ruimte te bieden. Dit helpt de politiek om beleid in daden om te zetten. De huidige bezuinigingen op programma’s die maatschappelijk initiatief ondersteunen, staan haaks op de groeiende dynamiek in de samenleving.
Dit stelt Kees Vendrik, voorzitter van het Nationaal Klimaat Platform (NKP) bij de overhandiging van het signalenrapport AanZ aan minister Hermans van KGG. “Met een gretig kabinet wordt de maatschappelijke realisatiekracht aangejaagd. Daar kunnen gemeentes, netbeheerders, warmtebedrijven, woningcorporaties van profiteren”, schrijft het NKP. “De aanpak is collectief en wordt lokaal gedragen door actieve gemeenschappen. Dit web van sociale actie is waardevol en verdient steun.”
Het signalenrapport AanZ is een bloemlezing van praktijkvoorbeelden die het NKP in haar driejarig bestaan tegenkwam. De rode draad is dat er maatschappelijk veel tot stand komt, maar opschaling en toekomstperspectief de aandacht van de politiek behoeft. Met politieke duidelijkheid en richting kan er sneller en meer gerealiseerd worden.
Dan gaat het om betaalbaar wonen, gezond eten, nieuwe economie, duurzame energie, schoon reizen en nog veel meer.
“Klimaat is economie geworden, weerbaarheid, bestaanszekerheid, gezondheid en gemeenschapszin. De omslag naar een groene circulaire economie is de enige kans om de toekomstige welvaart veilig te stellen. Landen om ons heen maken scherpe keuzes. Nederland is daarin vaak nog te reactief. Daardoor dreigt de economie van de toekomst naar het buitenland weg te lekken”, aldus Vendrik.
De signalen die hij opvangt over het effect van bezuinigingen baren hem grote zorgen. De ondersteuning van bijvoorbeeld de Green Deal Zorg wordt afgebouwd. Dat haalt de vaart uit de initiatieven van duizenden zorgprofessionals die van binnenuit de sector verduurzamen. “Juist het mobiliseren van deze maatschappelijke realisatiekracht is nu hard nodig. Ten opzichte van de miljarden die de overheid uittrekt voor de transitie is een beperkte investering hierin een belangrijke stimulans.”
