Op 7 juli is het ontwerp-Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Bgiw) aan de Tweede en Eerste Kamer aangeboden.
De kern van de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) is de zogenoemde aanwijsbevoegdheid. Deze houdt in dat een gemeente binnen haar grondgebied wijken kan aanwijzen die ‘van het aardgas en aan de alternatieve, duurzame energievoorziening’ gaan. Voor die wijken bepaalt de gemeenteraad in het omgevingsplan dat op een bepaald moment niet langer gebruik mag worden gemaakt van aardgas en (dus) ‘de aardgaskraan dicht gaat’. In plaats daarvan komt in die aangewezen wijk een alternatieve energie-infrastructuur met duurzame energie.
Deze aanwijsbevoegdheid wordt in het Bgiw uitgewerkt. Ten opzichte van de consultatieversie (die alweer drie jaar oud is), is er veel gewijzigd. De drie (3) belangrijkste wijzigingen op een rij:
Introductie van het ‘warmtetransitiegebied’
Als de gemeenteraad de aanwijsbevoegdheid wil inzetten, doet zij dat door in het omgevingsplan een warmtetransitiegebied aan te wijzen. Dit is het gebied dat wordt aangewezen om over te stappen op een duurzame energievoorziening. Hiermee wordt dus de wijk, buurt of straat bedoeld die van het aardgas afgaat. De eerder voorgestelde maatwerkregel is komen te vervallen. Wel is het opnemen in een warmteprogramma nog steeds verplicht als voorstap.
Uiterste datum 2050
De verplichting om uiterlijk in 2050 een duurzame energievoorziening in je gebouw te realiseren is vervallen. Wel moeten gebieden die in 2050 nog op het aardgasnet zijn aangesloten, worden voorzien van duurzaam (groen) gas.
Verplichtingen betaalbaarheid & duurzaamheid
In het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) staan nu expliciete verplichtingen over deze thema’s, in de vorm van toets- en rekenregels. Belangrijk aandachtspunt: het berekenen van de betaalbaarheid moet worden gedaan aan de hand van nadere regels in de Omgevingsregeling. Die zijn echter nog niet bekend.
Alternatieve warmtevoorziening mag
Het is voor ‘op aardgas-aangeslotenen’ onder voorwaarden (art. 5.131b Bkl) mogelijk om te kiezen voor een andere warmtevoorziening dan de – door de gemeente – voorziene energie-infrastructuur. Denk bijvoorbeeld aan een alternatief voor een collectieve warmtevoorziening als gebruik wordt gemaakt van de opt-out (zie bijv. art. 2.26 Wcw: https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=2025D32391). Het college van B&W moeten dit alternatief goedkeuren. Gelijkwaardigheid is geen eis meer!
Overgangsrecht voor het transitievisie warmte
Het ontwerpbesluit bevat een overgangsbepaling voor gemeenten die een warmtetransitiegebied willen aanwijzen, maar nog geen warmteprogramma hebben. Ook een aanwijzing in de transitievisie warmte kan voldoende zijn, mits dit op of na 28 juni 2019 is vastgesteld door een gemeentelijk bestuursorgaan, er participatie is toegepast en de inhoudsvereisten uit het nieuwe artikel 12.34 Bkl wordt voldaan. Dit is dus een uitzondering op het uitgangspunt dat er een warmteprogramma moet zijn vastgesteld. Let op: het ontwerp-omgevingsplan moet wel voor 1 januari 2032 ter inzage worden gelegd.