De aarde warmt op. Tegelijkertijd zien we extremere buien, maar ook meer droogte en hittegolven. Je vraagt je af wat er gebeurt als het nog warmer wordt. Het KNMI heeft een nieuwe methode ontwikkeld om het weer van vandaag te ‘transformeren’ naar een warmere toekomst. Zo krijgen we een beeld van bijvoorbeeld hoe veel warmer en droger de zomer van 2018 geweest zou zijn in een klimaat dat 2 graden warmer is dan vandaag. De gevolgen van klimaatverandering worden op deze manier inzichtelijker en het wordt duidelijker wat voor aanpassingen nodig zijn om bestand te zijn tegen dergelijke toekomstige weersituaties.
Klimaatverandering is voor velen iets wat zich ver weg lijkt af te spelen. Ver weg op andere continenten, of ver weg in de toekomst. Dit is een misvatting, klimaatverandering heeft ook nu al invloed op bijvoorbeeld temperatuur, neerslag en droogte in Nederland, en zal ons in de toekomst voor grote uitdagingen zetten.
Traditionele projecties van klimaatverandering beschrijven hoe de statistiek van het weer zal veranderen. Dit is heel abstracte informatie, en is daardoor wellicht minder aansprekend en kan dan leiden tot de beschreven misvattingen. Als alternatief zijn er wetenschappelijke verhaallijnen. Mensen zijn zeer goed geoefend in het luisteren naar verhalen (bedenk maar eens: “Er was eens…”), en uit onderzoek blijkt dat deze nieuwe vorm van informatie leidt tot betere risicoschattingen en effectievere besluitvorming.
Het grote verschil tussen statistische beschrijvingen van klimaatinformatie en de alternatieve verhaallijnen, is dat de laatste gebaseerd zijn op een specifieke weer gebeurtenis. Men beschrijft bijvoorbeeld toekomstige versies van recente weer extremen, bijvoorbeeld de extreme droogte van 2018. Als onderdeel van een groot Europees project voor klimaatverwachtingen, heeft KNMI een methode ontwikkeld om recent weer te transformeren naar een warmere toekomst.
Uit grote datasets klimaatsimulaties selecteerden wij zomers die veel lijken op de droge zomer van 2018 (figuur 1). De gesimuleerde versie van 2018 lijkt behoorlijk op de werkelijke zomer, we hebben daardoor vertrouwen in de methode van selecteren. De toekomstige droogtes geven geen rooskleurig beeld. Het maximaal neerslagtekort is hoger, de hoeveelheid beschikbaar bodemvocht voor bijvoorbeeld landbouw en natuur neemt verder af, en het gebied onder invloed van droogte breidt uit (figuren 2 en 3). Dit toont het belang aan van het beperken van meer klimaatverandering (mitigatie) en ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden (adaptatie).
KNMI-klimaatbericht door Karin van der Wiel