Klimaatverandering heeft rigoureuze consequenties voor onze hele samenleving, al kan de aard van de effecten per regio verschillen. De regering introduceert steeds meer nieuw en aangepast beleid, maar hoe pakt de lokale overheid klimaatverandering aan? Martijn Schuit is beleidsadviseur Klimaatadaptatie bij de gemeente Groningen; hij vertelt over zijn functie en hoe onze gezondheid en veiligheid afhangen van een klimaatbestendige toekomst.
Het thema ‘klimaatadaptatie’ is niet nieuw in gemeenteland. De invulling ervan is echter behoorlijk aan het veranderen. Martijn Schuit noemt zijn functie ‘nogal ingewikkeld’. Waar veel klimaatgerelateerde werkzaamheden tegenwoordig gericht zijn op energie, warmte en gas, is Schuit vooral bezig met adaptatie. En dat is niet in één zin te omvatten. ‘Klimaatadaptatie is een integraal proces; het raakt alle gebieden waar je als gemeente mee bezig bent. Zie mij als het smeermannetje tussen de verschillende sectoren: van gezondheid tot ruimtelijke ordening tot waterbeleid.’
Schuit studeerde planologie aan de Rijksuniversiteit Groningen en noemt zichzelf een echte integralist. Vroeger besloeg klimaatadaptatie voornamelijk wateroverlast en riolering. Tegenwoordig omvat het veel meer dan dat. ‘Klimaatadaptatie raakt alle aspecten in de openbare ruimte. In mijn functie probeer ik dan ook verbindingen te leggen en fungeer ik als een figuurlijke stok achter de deur’. Als zijn collega’s bezig zijn met een leidraad openbare ruimte, dan zorgen Schuit en zijn directe collega’s dat ook klimaatadaptatie daarin wordt meegenomen.
Hoewel de gemeente vooral gaat over de openbare ruimte, speelt ook de private sector een belangrijke rol in Schuits werkzaamheden. ‘Als we klimaatbestendig willen worden, moeten we iedereen mee krijgen. Het laagste niveau van klimaatadaptatie is bewustwording en om dat te bereiken, moeten we iedere straat door.’ En dat doet hij.
Ieder jaar focust de gemeente Groningen op één wijk: de ‘klimaataandachtswijk’. Er wordt persoonlijk contact gelegd met de bewoners, ideeën worden ontwikkeld en er is een speciaal potje om die ideeën daadwerkelijk uit te voeren. Ook is er een belangrijke rol weggelegd voor de woningbouwcorporaties. Vinkhuizen is zo’n klimaataandachtswijk. In deze buurt wonen veel ouderen en is het hitte-eiland effect hoog. ‘Hier zie je het fysieke en sociale aspect letterlijk samenkomen’, aldus Schuit. ‘Eenzaamheid kan ernstige consequenties hebben tijdens een hittegolf. Als ouderen te weinig zijn geïnformeerd over hun eigen handelingsperspectief – zoals het koel houden van hun woning en voldoende water drinken – is de kans op oververhitting veel groter. Dan kun je bomen plaatsen wat je wil, maar voor deze oudere heeft dat geen zin.’
In bewustwording ziet Schuit inhoudelijk de grootste uitdaging, maar ook het creëren van een toekomstbestendige leefomgeving noemt hij cruciaal. Hoe zorgen we dat wijken ook in de toekomst gezond blijven? ‘Het directe probleem hierbij is natuurlijk geld en capaciteit. Binnen een grote gemeente als Groningen zijn er veel mensen bezig met dit probleem, maar zelfs dat is een druppel op een gloeiende plaat. Mijn functie bestaat nog niet bij de kleinere gemeenten; daar is simpelweg het geld niet voor.’
Tachtig tot negentig procent van alle klimaatfonds gaat naar mitigatie, het tegengaan van klimaatverandering door bijvoorbeeld hernieuwbare energie en CO2-reductie. ‘Mitigatie is de belangrijkste adaptieve maatregel, dat staat boven water. Toch moeten we ook kijken naar adaptatie: daar komen we echt geld en capaciteit te kort en dat kan rechtstreeks een risico vormen voor onze gezondheid en veiligheid.’ Dat besef is er volgens Schuit nog te weinig, ook bij het Rijk. De beleidsadviseur pleit voor een volledige verandering binnen de Nederlandse wet- en regelgeving.
Afgelopen voorjaar bleek droogte een steeds groter probleem te zijn voor de Nederlandse natuur en onze veiligheid. ‘Heel Nederland is erop gericht om water af te voeren, maar met betrekking tot droogte moet je af en toe ook water kunnen vasthouden.’ En daar zijn zowel ministeries als wet- en regelgeving als financieringsmethoden niet op ingericht.
Schuit pleit voor een meer regulerende landelijke overheid. Hoewel er binnen het Rijk wel stappen worden gezet, is hij bang dat het te weinig zal zijn. ‘We moeten het gaan fiksen de komende tien tot twintig jaar. Nu hebben we nog de kans om klimaatadaptatie aan de voorkant te organiseren: voorkomen is altijd beter dan genezen.’
Dat de gemeente Groningen aangesloten is bij de EU-missie ‘100 Klimaatneutrale en Slimme Steden in 2030’, laat zien dat het een pionierspositie inneemt wat betreft mitigatie. Schuit geeft aan dat Groningen zich ook heeft ingeschreven voor de EU Mission on Adaptation. ‘Wij kunnen dienen als voorbeeld op Europese schaal. Hoe wij klimaatadaptatie gebiedsgericht en integraal aanpakken is de beste manier om ons op te toekomst voor te bereiden. We moeten nu echt stappen gaan zetten. Uiteindelijk komt adaptatie sowieso op de politieke agenda. Daar hoeven wij niets voor te doen, dat doet het klimaat voor ons. De grootste uitdaging is om dat voor te zijn.’