De Rijksoverheid wil dat de Nederlandse economie in 2050 circulair is. Als onderdeel van die ambitie moeten ook gebouwen duurzamer en bij voorkeur circulair zijn. Voor partijen die aanbesteden, bouwen en vastgoed ontwikkelen en beheren, is het cruciaal om ook de juridische implicaties van deze beweging - tijdig - te begrijpen.
Verduurzaming van de bouwsector is een noodzaak, want haar impact op het milieu is aanzienlijk. Zo zijn beton- en staalproductie wereldwijd verantwoordelijk voor 17% van alle door de mens veroorzaakte CO2-uitstoot. In 2018 is door de betonsector het Betonakkoord gesloten. Doel is een CO2-neutrale en circulaire betonsector in 2030. Vanaf 2023 zou duurzaam beton verplicht moeten worden in aanbestedingen. Duurzamer betekent voor een belangrijk deel: energiezuiniger. Waar het gaat om circulariteit is naast de zorg voor het milieu ook een toenemende materiaalschaarste een drijfveer en natuurlijk spelen ook de druk van samenleving en wetgever een grote rol. Duurzamer en zeker circulair bouwen vraagt om een andere benadering van alle partijen die betrokken zijn bij ontwerp en bouw, ook op juridisch gebied. Hieronder is in vogelvlucht ingezoomd op dat thema, met een focus op drie invalshoeken: aanbesteding, bouw(contracten) en bestaand vastgoed.
Duurzaamheid en circulariteit spelen steeds vaker een (aanzienlijke) rol bij aanbestedingen voor bouwwerken. De Europese richtlijn 2014/24 (voor het plaatsen van overheidsopdrachten), verwijst expliciet naar het inzetten van aanbestedingsprocedures om een slimme, duurzame en inclusieve groei te bereiken. Maar zolang de laagste prijs als gunningscriterium bij aanbestedingen nog steeds de boventoon voert, is het verwezenlijken van duurzaamheidsdoelstellingen moeizaam. De Europese Commissie onderkent dit en zet in het kader van de realisatie van de Green Deal zwaarder in op duurzaam aanbesteden. Regels voor duurzaam aanbesteden komen nu steeds vaker voor in specifieke verordeningen. De vrijblijvendheid wordt door Europa langzaam omgewerkt naar verplichtingen.
Er valt veel te zeggen over rol en relevantie van contracten en vergunningen in de context van duurzaam en circulair bouwen. Neem - waar het gaat om vergunningen - bijvoorbeeld BENG (Bijna Energieneutraal Bouwen), dat betrekking heeft op energieprestatie-eisen voor nieuwe gebouwen in Nederland. Voor alle vergunningaanvragen voor nieuwbouw na 1 januari 2021 geldt dat zij moeten voldoen aan de BENG-eisen. Meer in het algemeen is het een steeds actuelere vraag hoe duurzaamheidsambities en -KPI’s worden belegd in (bouw-)contracten met partijen als aannemers, adviseurs en leveranciers. Als de opdrachtgever een emissieloze bouwplaats wil dan moet dat in het ontwerp en het contract worden opgenomen. Het is hoe dan ook van belang al in een zo vroeg mogelijk stadium de koppeling tussen ontwerp en juridisch kader te maken. Een circulair bouwwerk moet producten bevatten die zo min mogelijk uit primaire grondstoffen bestaan en die na hun eerste gebruiksfase goed herbruikbaar zijn (als product, component of materiaal). Circulariteit is een keuze van de opdrachtgever, die in het ontwerp kan en moet terugkomen. Rijkswaterstaat gaat bijvoorbeeld vanaf 2030 circulaire viaducten laten bouwen.
Bij koop en verkoop, maar ook bij verhuur en beheer van bestaand vastgoed winnen de thema’s duurzaamheid en circulariteit aan belang. Zo is - de noodzaak van - verduurzaming vrijwel altijd aan de orde bij herbestemming en renovatie en dat heeft juridische implicaties. Denk aan de mogelijke gevolgen van een hoger energielabel voor de huurprijs en de mate waarin daarvoor ruimte is in bestaande huurcontracten. Als de keuze is gemaakt om bestaand vastgoed na koop te vervangen door nieuwbouw komt het thema duurzaamheid direct om de hoek kijken bij onder meer het ontwerp, de aanvraag van vergunningen, de keuze voor aannemers en adviseurs en de inkoop van bouwmaterialen. Ook bij bestaand vastgoed is de Green Deal zichtbaar. De Europese Commissie heeft in 2020 de “Renovation Wave” afgekondigd met als doel via renovatie slecht presterende gebouwen (publiek en privaat) energieneutraal te maken alsmede het koolstofvrij maken van verwarming en koeling.
Voor de bouw- en vastgoedsector liegen de duurzaamheidsambities en -doelstellingen er niet om. Europa neemt het voortouw om de klimaatdoelstellingen in 2050 te halen. Om echte slagen te maken zijn samenwerking en effectieve kenniscoalities cruciaal en ook compliance met wet- en regelgeving en passende contracten zijn randvoorwaarden voor succes. Het zijn belangrijke argumenten om in iedere fase van het bouwproces - van ontwerp tot inkoop, van sloop tot nieuwbouw en van renovatie tot herontwikkeling - met een juridische bril naar kansen en bedreigingen te kijken.
Startschot Lente-akkoord Circulair en Industrieel Bouwen
Meer circulaire en duurzame producten onder de voorgestelde Ecodesign-Verordening