In de Europese Klimaatverordening is een kader vastgelegd voor de verwezenlijking van (netto) klimaatneutraliteit in 2050. Onderdeel van de Klimaatverordening is een netto reductie van broeikasgasemissies in de Europese Unie (EU) voor 2030 van tenminste 55% in 2030 ten opzichte van 1990.
Om deze doelstellingen te bereiken heeft de EU een ambitieus wetgevingspakket opgesteld, beter bekend als het Fit for 55-pakket. Ook in Nederland speelt reductie van broeikasgasemissies een belangrijke rol. In het coalitieakkoord van 2021 is klimaatverandering als dé uitdaging voor onze generatie gepresenteerd. {3} Om uiterlijk in 2050 klimaatneutraal te zijn, werd het doel voor 2030 aangescherpt in de Klimaatwet tot tenminste 55% CO2-reductie. {4} Om dit doel te bereiken is het beleid gericht op een opgave van 60% CO2-reductie.
Europees Emissiehandelssysteem (EU-ETS)
In 2005 trad het Europese emissiehandelssysteem (EU-ETS) in werking. {5} Het EU-ETS wordt als onderdeel van het Fit for 55-pakket verder aangescherpt. Entiteiten die onder de reikwijdte van het EU-ETS vallen zijn verplicht een aantal emissierechten te kopen gelijk aan hun broeikasgasuitstoot in de Europese Unie (1 emissierecht per ton CO2-emissie). Het aantal beschikbare emissierechten is beperkt en wordt jaarlijks verminderd. Door de in omloop zijnde emissierechten steeds verder te beperken wordt de totale CO2-uitstoot van de deelnemende bedrijven in de Europese Unie steeds verder verminderd. De prijs van een emissierecht wordt bepaald aan de hand van het aanbod en de marktvraag. Deze schaarste van emissierechten is noodzakelijk voor een prijsprikkel. In 2005 had het EU-ETS slechts een beperkte reikwijdte, en was het enkel de zware industrie die emissierechten moest aanschaffen (die ook nog eens veel ‘gratis’ emissierechten kregen). Echter stapsgewijs zijn er steeds meer entiteiten verplicht om emissierechten aan te schaffen voor de door hen uitgestoten broeikasgassen.
In 2023 is er een nieuwe richtlijn aangenomen waarin staat bepaald dat het EU-ETS ook van toepassing wordt op maritieme transport vanaf 2024. Ook moet per 30 juni 2024 op lidstaatniveau een systeem zijn geïmplementeerd dat ziet op een emissiehandelssysteem voor onder andere de gebouwde omgeving en het wegvervoer (ETS2). De emissierechten hiervoor moeten vanaf het jaar 2027 worden uitgegeven door lidstaten.
Carbon border adjustment mechanism (
CBAM
)
Naast de uitbreiding van het EU-ETS vormt ook het mechanisme voor koolstofgrenscorrectie een onderdeel van het Fit for 55-pakket, het CBAM. {6}
Wat houdt dit in? Bij de invoer van CO2-intensieve goederen binnen het douanegebied van de EU moeten importeurs van die goederen als ‘CBAM-aangever’ jaarlijks een CBAM-aangifte doen van de hoeveelheid geïmporteerde CO2-emissies. De eerste CBAM-aangifte, over het kalenderjaar 2026, moet uiterlijk op 31 mei 2027 zijn ingediend.
Met CO2-intensieve goederen worden onder andere de volgende goederen bedoeld: cement, elektriciteit, meststoffen, ijzer en staal. Voor de hoeveelheid geïmporteerde CO2-emissie moeten de importeurs evenveel CBAM-certificaten aanschaffen bij de lidstaat waar de desbetreffende importeur is gevestigd. Een uitzondering geldt als het land van oorsprong al een voldoende koolstofbeprijzing heeft toegepast, maar dat is op dit moment nog nergens het geval.
Anders dan bij het ETS-systeem wordt geen plafond vastgesteld voor de hoeveelheid CBAM-certificaten die kunnen worden uitgegeven, omdat anders een invoerbeperking wordt opgelegd die het handelsverkeer belemmert. Voor de prijs die moet worden betaald voor CBAM-certificaten wordt nauw aangesloten bij de EU-ETS prijs. Hoewel de verplichtingen tot het doen van CBAM-aangifte en het inkopen van CBAM-certificaten pas gelden vanaf 2027 zijn er ook verplichtingen uit hoofde van het CBAM die vanaf 1 oktober 2023 gelden. Zo moeten importeurs van CBAM goederen vanaf 1 oktober 2023 onder andere rapporteren over de hoeveelheid geïmporteerde CO2 intensieve goederen en de hoeveelheid daarmee samenhangende werkelijke ingebedde emissies.
Nederland wil bedrijven die veel CO2 uitstoten, stimuleren om hun productieproces verder te verduurzamen. Twee maatregelen worden hieronder uitgelicht. De eerste maatregel is de minimumprijs CO2 industrie. De tweede ziet op de CO2-heffing voor de industrie.
Minimum CO2-prijs industrie
Als prikkel om deze verduurzaming in gang te zetten en om tegelijkertijd investeringszekerheid te bieden, kent Nederland allereerst per 1 januari 2023 een minimum CO2-prijs voor de industrie (Staatsblad 2022, 535). Deze minimum CO2-prijs geldt als bodem voor de verwachte ETS-prijs. In de Miljoenennota 2024 is (wederom) aangekondigd dat deze minimum CO2-prijs per 1 januari 2024 wordt aangescherpt naar EUR 51,70 per ton CO2 (zonder aanscherping zou het voor 2024 EUR 18,00 per ton CO2 zijn). {7}
CO2-heffing voor de industrie
Naast de minimum CO2 prijs industrie kent Nederland ook de CO2-heffing voor de industrie. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat de industrie de jaarlijkse CO2-uitstoot in 2030 heeft verminderd met 14,3 Mton CO2. De CO2heffing is ingegaan op 1 januari 2021 om te borgen dat deze doelstelling gehaald wordt (Staatsblad 2020, 544). De CO2-heffing is onder andere van toepassing op ETS-installaties in de industrie en vormt een verplichting die losstaat van de aan te schaffen emissierechten. EU-ETS-deelnemers betalen alleen de CO2-heffing als het tarief van de heffing hoger is dan de EU-ETS prijs. Met een EU-ETS prijs van EUR 73,27 en een CO2-heffing van EUR 55,94 voor 2023 heeft de CO2-heffing voor veel (ETS-)bedrijven geen effect. {8}
Met het oog op het halen van de doelstellingen uit het Klimaatakkoord wordt het tarief van de CO2-heffing per 1 januari 2025 verhoogd op basis van een tariefstudie die het PBL uitvoert. De CO2-heffing wordt daarnaast verlengd tot en met 2032 om meer investeringszekerheid te bieden.
Recente CO2-reductiemaatregelen zorgen voor een hoger prijskaartje voor CO2-emissie, zowel door meer entiteiten te belasten voor de uitstoot van CO2 als door ook importeurs van CO2 intensieve goederen te belasten. Vanaf 1 oktober 2023 is het rapporteren van de hoeveel geïmporteerde CO2 intensieve goederen al verplicht. Andere verplichtingen omtrent CO2-uitstoot en het importeren van CO2 intensieve goederen volgen snel.
Bovenop de Europese verplichtingen verhoogt Nederland het prijskaartje voor CO2-emissie nog meer door het aanscherpen van de minimum CO2-prijs en de CO2-heffing. Ook komen steeds meer activiteiten onder het bereik van de ETS te vallen.
Wij adviseren entiteiten die te maken hebben met het uitstoten van CO2 of het importeren van CO2 intensieve goederen om goed in de gaten te houden welke veranderingen van toepassing zullen zijn voor hun sector. Om tijdig de nieuwe verplichtingen te kunnen naleven is het belangrijk om vroegtijdig aan de slag te gaan met het implementeren van nieuwe maatregelen.
----------------------
Met dank aan Veri Stevenson.
2 Klimaatverordening artikel 1 jo. artikel 4 lid 1.
3 Coalitieakkoord 2021 pagina 10.
4 Klimaatwet artikel 2 lid 2.
5 Richtlijn (EU) 2023/959 van het Europees Parlement en de Raad.
6 Verordening (EU) 2023/956 van het Europees Parlement en de Raad.
7 https://www.rijksoverheid.nl onder XIII Economische zaken en Klimaat Rijksbegroting 2024, p. 130 en https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/belastingplan/klimaat/co2-prijs-elektriciteitssector
8 https://www.emissieautoriteit.nl/onderwerpen/tarieven-co2-heffing