Doordat de glastuinbouwsector de oorspronkelijke koers qua teelt en productie weer kon oppakken, namen in 2023 het energiegebruik en de CO2-emissie van de Nederlandse glastuinbouw ten opzichte van 2022 toe. Dit kwam doordat na het eerste kwartaal van 2023 energieprijzen, na een turbulente periode van anderhalf jaar zeer hoge energieprijzen, weer op een meer gematigd niveau kwamen. Uit onderzoek van Wageningen Economic Research blijkt dat de toename van het energiegebruik en de CO2-emissie van de Nederlandse glastuinbouw in 2023 niet leidde tot de hogere niveaus van de jaren voor 2022.
De ontwikkeling van het energiegebruik van de Nederlandse glastuinbouw werd in 2023 sterk beïnvloed door een aantal effecten. Deze effecten kwamen doordat na het eerste kwartaal van 2023 energieprijzen, na een turbulente periode van anderhalf jaar zeer hoge energieprijzen, weer op een meer gematigd niveau kwamen. Door deze meer gematigde energieprijzen en door meer perspectief in de afzet van geteeld product hebben glastuinbouwondernemers hun oorspronkelijke teeltstrategieën grotendeels herpakt en werd extensivering van de teelt (minder verwarmen en minder belichten met lagere productie als gevolg) grotendeels teruggedraaid. Wel bleef een belangrijk deel van de selectieve inzet van energie (waaronder energiebesparing) uit deze periode in takt, waardoor de stijging van het energiegebruik (+14%) niet tot de niveaus van voor 2022 leidde.
De toename van het energiegebruik door terugveer-effecten in 2023 had ook een stuwend effect op de CO2-emissie van de glastuinbouw. Dat de CO2-emissie in 2023 ten opzichte van 2022 toenam (+5%), maar niet kwam tot de niveaus van voor 2022 kwam door achterliggende factoren. Naast de toename van het energiegebruik had ook de stijging van de elektriciteitsverkoop met aardgas-wkk een opstuwend effect. Afname van het areaal, stijging van de elektriciteitsinkoop en lichte groei van de inzet van duurzame energie en inkoop van niet-duurzame warmte van derden dempten de stijging.
Ondanks dat in 2023 zowel het gebruik van duurzame energie (+1%), als de inkoop van warmte (+9%) maar beperkt stegen, nam het aandeel van het energiegebruik uit bronnen zonder CO2-emissie voor de glastuinbouw ten opzichte van 2022 toe. Dit kwam vooral doordat de inkoop van elektriciteit (voor belichting) sterker terugveerde (+60%) dan het totaal energiegebruik toenam (+8%). Het aandeel energie uit bronnen zonder CO2-emissie voor de glastuinbouw binnen het totaal energiegebruik kwam per saldo in 2023 uit op ruim 28%.
Door de terugveer-effecten na onder meer matiging van de energieprijzen namen in 2023 de productie, inkoop, verkoop en gebruik van elektriciteit ten opzichte van 2022 per saldo toe, maar kwamen nog niet op de niveaus van voor 2022. Het elektriciteitsgebruik (+30%) en de elektriciteitsinkoop (+60%) stegen relatief sterk, de toename van de elektriciteitsproductie (+7%) en de elektriciteitsverkoop (+7%) waren minder sterk. De toename van het gebruik, de inkoop en deels de productie kwam voort uit het herpakken van marktgerichte teelt en het herstel van het gebruik van belichting hierbij. De toename werd gedempt door de groei van de het gebruik van led-systemen voor belichting in plaats van hogedruk natriumlampen.
De energietransitie van de glastuinbouw die moet leiden tot reductie van de broeikasgasemissie is complex en voor de glastuinbouwsector, de overheid en hun partners bij de energietransitie een grote uitdaging. De Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw levert daarvoor nuttige inzichten. Wageningen Economic Research maakt de Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw in opdracht van de Stichting Kennis in je Kas van de glastuinbouwsector en het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur.