Menu

Filter op
content
Klimaatweb

0


Definitie van kringlooplandbouw

Het belangrijkste principe van kringlooplandbouw is dat er niet meer land en grondstoffen voor landbouw worden gebruikt dan noodzakelijk is om ons voedsel te produceren. Dit zorgt ervoor dat het milieu gezond blijft en er ruimte blijft voor natuur. Dit houdt in dat we geen landbouwgrond meer inzetten om voer voor dieren te verbouwen, omdat het efficiënter is om die grond in te zetten om voedsel voor mensen te verbouwen. Dieren kunnen gewassen als gras of voedselresten die wij niet meer kunnen eten (zoals brood dat over datum is) omzetten in producten die wij wél kunnen eten, en zo bijdragen aan het sluiten van de kringloop.

Het onderscheid

Als het gaat om de verduurzaming van de landbouw komen er veel verschillende termen voorbij. Naast regeneratieve landbouw wordt er bijvoorbeeld ook vaak gesproken over biologische landbouw, circulaire landbouw en kringlooplandbouw. Het is daarom van belang om het onderscheid tussen deze productiemethodes te benoemen, aangezien sommige termen synoniem gebruikt kunnen worden en sommige niet.

Zoals zojuist benoemd draait kringlooplandbouw om zo min mogelijk input en zoveel mogelijk grondstoffen binnen de gesloten kringloop houden. Dat maakt dat de nadruk bij kringlooplandbouw ligt op de circulariteit van de voedselketen, terwijl regeneratieve landbouw zich richt op het herstel van de bodem. De gedegradeerde bodemkwaliteit door intensief landbouwgebruik kan op deze manier worden hersteld. Hierdoor wordt de potentie van de natuur weer maximaal benut, bijvoorbeeld doordat de bodem weer nutriënten of water kan vasthouden.

In tegenstelling tot het verschil tussen regeneratieve en kringlooplandbouw, kan circulaire landbouw wél als synoniem worden gebruikt van kringlooplandbouw. Bij circulaire landbouw draait het er namelijk om dat er geen reststroom ongebruikt blijft en dus het landbouwsysteem gesloten blijft. Circulaire of kringlooplandbouw is echter niet per se biologisch, aangezien het gesloten houden van de keten nog wel gepaard kan gaan met het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest.

Klimaatbeleid

De klimaat- en stikstofdoelen vragen voornamelijk van de landbouwsector om drastische veranderingen, en dat zo snel mogelijk. Echter heeft het Rijk per gebied andere zogenoemde richtinggevende stikstofdoelen en reductiepercentages, omdat gebieden ieder hun eigen kwaliteit van natuur, water en bodem hebben en dus ook de aanpak daarvan verschilt. De doelen en percentages lopen op van 12% tot rond de 70% in gebieden dichtbij natuurgebieden en gebieden waar de water- en bodemkwaliteit sterk moet verbeteren.

Ondanks de onderlinge verschillen is het in ieder geval duidelijk dat agrarische ondernemers in hoog tempo de transitie moeten doormaken naar kringlooplandbouw in 2030 om zo weinig mogelijk reststromen, minder uitstoot van schadelijke stoffen en minder energiegebruik te realiseren. Eén van de manieren om deze transitie in gang te zetten is door regionale voedselsystemen en korte ketens te stimuleren. Bij beide is de herkomst betrouwbaar, worden er minder transportkilometers gemaakt en kan het beter zijn voor milieu en landschap.

Een brede initiatiefgroep van o.a. boeren, natuur- en milieuorganisaties en wetenschappers benadrukt voor de omslag naar een natuurinclusieve kringlooplandbouw ook het belang van beleidsinstrumenten. Denk hierbij aan een stikstoffonds, een grondbank en een krediet- en garantieregeling waar vervolgens een systeem van waardering, beloningen en heffingen aan gekoppeld wordt.

In dit dossier vindt u nieuws en achtergrond met betrekking tot de ontwikkelingen rondom kringlooplandbouw, evenals beleidsstukken, publicaties, video’s, vraag & antwoord en tools over dit onderwerp.