Grootschalige productie van waterstof op zee is nieuw en kent onzekerheden. Minister Jetten vindt het belangrijk kennis en ervaring op te doen en start daarom met twee demonstratieprojecten. Binnen deze projecten wordt techniek op zee gedemonstreerd, de koppeling hiervan met een windparken het transport van waterstof naar land. Ook biedt het kansen om te leren over de effecten van waterstofproductie op zee op het energiesysteem. De minister beoogt voor demonstratieproject 1 (Demo 1) een productievermogen tot 100 MW en voor demonstratieproject 2 (Demo 2) ongeveer 500 MW. Demo 1 zal op z’n vroegst in 2027 gerealiseerd zijn en demo 2 rond 2031. De eerste stap bij het realiseren van deze projecten is het kiezen van een voorkeurslocatie, zodat gericht gestart kan worden met de voorbereidingen.
Grootschalige productie van waterstof op zee is nieuw en kent onzekerheden. Minister Jetten vindt het belangrijk kennis en ervaring op te doen en start daarom met twee demonstratieprojecten. Binnen deze projecten wordt techniek op zee gedemonstreerd, de koppeling hiervan met een windparken het transport van waterstof naar land. Ook biedt het kansen om te leren over de effecten van waterstofproductie op zee op het energiesysteem.
De minister beoogt voor demonstratieproject 1 (Demo 1) een productievermogen tot 100 MW en voor demonstratieproject 2 (Demo 2) ongeveer 500 MW. Demo 1 zal op z’n vroegst in 2027 gerealiseerd zijn en demo 2 rond 2031. De eerste stap bij het realiseren van deze projecten is het kiezen van een voorkeurslocatie, zodat gericht gestart kan worden met de voorbereidingen.
Voor Demo 1 is de voorkeurslocatie vergunde windparken op zee in de Hollandse Kust-regio. Het richt zich op het demonstreren van waterstofproductie op zee, als additioneel onderdeel van een windpark. De mogelijkheden om waterstof vanaf daar aan land te brengen worden onderzocht met Gasunie. Met Tennet verkent de minister de optie om de elektrolyser aan te sluiten op een klantaansluiting van een converterstation.
Voor Demo 2 heeft de minister gekozen voor TNW (Ten Noorden van de Waddeneilanden) als voorkeurslocatie. Dit gebied is geschikt bevonden voor de bouw van een windpark, de voorbereidende locatiestudies zijn door RVO al uitgevoerd en het ligt gunstig bezien vanuit het toekomstige waterstofnetwerk op zee. Ook is er draagvlak in de regio voor het demonstratieproject.
De minister heeft voor de demonstratie van waterstof op zee 632 miljoen euro vrijgemaakt in het Klimaatfonds en een reservering van 1150 miljoen euro. Eind 2023 komt er meer informatie over de randvoorwaarden voor de realisatie van deze projecten, zoals financiële ondersteuning, infrastructuur en planning.