In de eerste helft van 2023 werd er in Europa 2,1 GW aan nieuwe offshore windenergie gebouwd. Na vertragingen vorig jaar werden er dit jaar definitieve investeringsbeslissingen genomen voor nog eens 5 GW. Dit laat WindEurope weten in een nieuwsbericht. Jan Vos, voorzitter NWEA: “Dat is goed nieuws, maar we zijn er nog niet. Op het gebied van logistiek, toelevering en veilingontwerpen liggen in Europa nog grote uitdagingen.”
Met de extra 2,1 GW geïnstalleerde offshore wind dit jaar komt de totale offshore windcapaciteit in Europa op 32 GW. Ruim de helft van de installaties was dit jaar in Nederland, de rest was in het VK, Duitsland en Noorwegen. In 2022 liepen investeringen vertragingen op, dus er is een Europese inhaalslag nodig. Volgens WindEurope zou tussen nu en 2030 gemiddeld 11 GW per jaar offshore wind gebouwd moeten worden.
Om dit voor elkaar te krijgen moet Europa de toeleveringsketen voor offshore windenergie uitbreiden, maar ook de noodzakelijke investeringen doen in fabrieken, arbeidskrachten en infrastructuur. Vos: “Ook in Nederland merken we dat er knelpunten zijn in de productie van funderingen voor offshore windturbines en in de beschikbaarheid van installatieschepen.” WindEurope vindt dat de Eurpese Unie geld op tafel moet leggen om de toeleveringsketen op te schalen en niet alleen om innovatie te financieren. Europese landen kunnen volgens de Europese windclub maximaal profiteren van de nieuwe flexibiliteit in de EU-staatssteunregels om investeringen te ondersteunen.
Ook de veilingontwerpen zijn een punt van aandacht. De veilingprijzen moeten volledig indexeren om de inflatie tussen de veiling en de daadwerkelijke aanschaf van apparatuur te dekken. De kosten van offshore windturbines zijn de afgelopen twee jaar met wel 40 procent gestegen. Als regeringen dat niet erkennen, zullen ze projecten verliezen. Landen moeten volgens WindEurope niet in de verleiding komen van onbeperkte negatieve biedingen, waarbij van ontwikkelaars wordt geëist dat ze zoveel mogelijk betalen om een offshore windpark te mogen bouwen.” Van de 12 GW offshore windenergie die dit jaar is toegekend in Europa, is 60 procent toegekend met onbeperkte negatieve biedingen. Vos: “Dit verhoogt de kosten van de bouw van het windpark aanzienlijk en ontwikkelaars zullen deze kosten moeten doorberekenen aan elektriciteitsverbruikers en/of de toeleveringsketen, die het allebei al moeilijk hebben.”
Vorig jaar was er geen enkele nieuwe investering in grootschalige offshore wind in Europa. Definitieve investeringsbeslissingen werden uitgesteld omdat de inflatie de projectkosten verhoogde en investeerders bang worden gemaakt door overheidsinterventies op de elektriciteitsmarken. Dit jaar zijn dingen verbeterd. Zo zijn er voor zes grote projecten definitieve investeringsbeslissingen genomen met een totale investering van 15 miljard en 5 GW aan capaciteit. Vos: “Toch worden sommige investeringen nog steeds uitgesteld en blijven veel investeerders aarzelen. We zijn er dus nog niet.”