De ruimte op ons deel van de Noordzee is schaars en meerdere belangen komen met elkaar in aanraking en botsen steeds vaker. Dit schrijft minister Jetten in een brief aan de Tweede Kamer. Sterkere sturing van het kabinet is cruciaal. Er worden gesprekken gepland met de mijnbouwsector en gewerkt aan een aangepast wettelijk instrumentarium.
Jan Vos, voorzitter NWEA: “Het is goed dat het kabinet knelpunten erkent door de ruimte in de mijnbouwwet en de juridische status van zoekgebieden meer in evenwicht te willen brengen. Wij maken ons wel zorgen over de gevolgen van de huidige plannen voor de energietransitie en zullen de ontwikkelingen dan ook nauwlettend volgen.”
De olie- en gaswinning wordt afgebouwd richting 2050, maar vanwege de Russische agressie tegen Oekraïne wil het kabinet de gaswinning op zee de komende jaren versnellen. Jetten benadrukt dat gaswinning de komende decennia noodzakelijk blijft om aan de energievraag te voldoen, daarom wordt de productie uit bekende en nog op te sporen gasvelden naar voren gehaald. Vos vindt het begrijpelijk dat het kabinet op korte termijn voorrang geeft aan gasprojecten. “De oorlog in Oekraïne heeft de situatie veranderd, maar we mogen dit niet structureel ten koste laten gaan van windenergie op zee, want dan halen we onze doelen niet.”
Windparken en mijnbouwactiviteiten gaan in principe goed samen, maar er ontstaan ruimtelijke knelpunten bij de interactie tussen windturbines en het helikopterverkeer dat van en naar mijnbouwplatforms vliegt. Zo zijn mijnbouwplatforms verplicht uitgerust met een helikopterdek. Hierbij wordt een obstakelvrije zone met een straal van 5 nautische mijl (oftewel: 270 m2) vrijgehouden. André Craens, branchespecialist wind op zee bij NWEA: “Ontheffing is nodig om ruimtelijke knelpunten op te lossen. Zo kan er per helikopterplatform met maatwerkoplossingen een kleinere obstakelvrije zone worden afgesproken. ”Vos vult aan: “Er is echt meer doorzettingskracht nodig om de helikopterzones anders in te richten.”
De ruimtelijke inpassing van windparken en mijnbouwplatforms kent de nodige uitdagingen. Minister Jetten: “In theorie is er voldoende ruimte om 23 tot 26 GW aan windparken in te passen. Echter, bij zoekgebied 6/7 zijn er naast bestaande platforms ook initiatieven voor de ontwikkeling van nieuwe olie- en gasvelden, waarvoor ook nieuwe mijnbouwplatforms nodig zijn.” De minister geeft aan dat als deze platforms met helikopterdek er komen een substantieel deel van het zoekgebied 6/7 niet kan worden benut, omdat de 5 nautische mijl moet worden aangehouden. Vos: “Hier moet snel een passende oplossing komen. Vijf zeemijl is een te grote cirkel uit een andere tijd. De energietransitie vraagt meer inschikkingsvermogen en creativiteit dan nu getoond lijkt te worden.’’
Onvoldoende ruimte op de Noordzee zorgt voor onzekerheid voor de ontwikkeling van windenergie op zee, maar dat niet alleen. Ook investeringsrisico’s en risico’s op onderbenutting van eenmaal aangelegde energie-infrastructuur liggen op de loer. Vos: “Deze onduidelijkheid remt investeringen door private partijen en daarmee het behalen van de klimaatdoelen. Er is aanvullend juridisch instrumentarium nodig.”
De overheid gaat mogelijkheden onderzoeken waarin windenergiegebieden een bepaalde juridische status krijgen, zodat plaatsing van mijnbouwplatforms geweigerd kan worden in die gebieden die aangewezen zijn voor windmolens. Vos: “Dit onderzoek juichen wij toe. Het is belangrijk dat de energietransitie geen vertraging oploopt.”
Omdat het aanpassen van wet- en regelgeving tijd kost, gaat het kabinet op zoek naar een overbruggingsoplossing voor de korte termijn. De komende maanden zal hiernaar een verkenning worden uitgevoerd.