De VNG en IPO pleiten voor meer mogelijkheden voor lokaal maatwerk voor windenergie. Dan kan een betere lokale afweging worden gemaakt tussen de opgave om hernieuwbare energie op te wekken, het welzijn van omwonenden en ruimtelijke inpassing. De normen die het rijk voorstelt, dragen hieraan onvoldoende bij.
Dat schrijven we in ons position paper voor het commissiedebat RES en wind op zee (pdf, 89 kB)
Gemeenten en provincies vinden dat in de nieuwe conceptnormen voor windturbines van het rijk het welzijn van omwonenden onvoldoende is meegenomen. De generieke afstandsnorm gaat geluidhinder niet tegen, omdat dit afhankelijk is van de lokale situatie. En daarmee is het een schijnoplossing die geen bescherming biedt voor het milieu en de omwonenden.
De VNG en IPO geven aan dat de huidige milieunorm voor geluid wél voldoende bescherming biedt aan inwoners en het milieu. Deze norm houdt rekening met lokale omstandigheden en stimuleert de toepassing van stillere turbines.
De voorgestelde normen belemmeren ook het plaatsen van windmolens nabij afnemers zoals woningen en bedrijventerreinen. Daarmee wordt het nagenoeg onmogelijk om vraag en aanbod bij elkaar te brengen, wat de netcongestie zou verminderen.
Gemeenten en provincies hebben lokaal maatwerk bovendien nodig om de gezamenlijke klimaatafspraken met het rijk te kunnen nakomen, die zijn uitgewerkt in onder meer de RES. Het gevolg van beide punten is dat betaalbare en betrouwbare energievoorziening in het geding komt.
De VNG en IPO dringen er daarom op aan om snel duidelijkheid te geven over goed onderbouwde normen die inwoners beschermen en ook ruimte laten om rekening te houden met lokale omstandigheden.
