De rechtbank Amsterdam oordeelde woensdag dat KLM aan greenwashing doet. Duurzaamheidclaims van vijftien in het verleden gevoerde reclame-uitingen werden misleidend en onrechtmatig bevonden. Actiegroep Fossielvrij NL haalde daarmee zijn gelijk, maar veel hield het initiatief er niet aan over. Hoe dat kan? Niet elk rechtsgebied lijkt even effectief voor klimaatzaken.
In het civielrecht worden conflicten tussen particulieren en/of organisaties beslecht. De kantonrechter of de civiele rechter behandelt de civielrechtelijke zaken. Volgens Branda Katan, bijzonder hoogleraar Ondernemingsrecht aan de Universiteit Leiden (en tevens advocaat van KLM) moeten we van de rechtsgang langs de civiele rechter niet te veel verwachten.
Voorbeelden van dit soort zaken zijn die van Fossielvrij tegen KLM, gemeenten tegen Chemours over het lozen van PFAS en de klimaatzaken van Milieudefensie tegen Shell en ING. Katan laat in een interview van de universiteit weten dat ze het aantal civiele zaken ziet toenemen, omdat veel belangenorganisaties en NGO’s vinden dat de politiek te langzaam gaat met het invoeren van strengere wetgeving.
De oratie van Katan gaat over waarom het civiele recht niet geschikt is om bedrijven structureel duurzamer te laten handelen. Rechtszaken verlopen volgens haar traag en zijn vaak gericht op één specifiek geval in het verleden bij één bedrijf. Maatregelen zouden op de toekomst gericht en op meerdere plekken door te voeren moeten zijn. Maar belangenorganisaties gebruiken deze rechtsgang ook juist om andere bedrijven af te schrikken en hopen daarmee op gedragsverandering.
Dit strookt met de uitslag van de rechtszaak tegen KLM. Fossielvrij heeft de zaak gewonnen maar er komt geen bevel tot verwijdering van de uitingen, omdat deze reclames niet meer gevoerd worden. Ook hoeft er geen rectificatie of toekomstig verbod op vergelijkbare uitingen te komen. Het zou van te voren namelijk moeilijk vast te stellen zijn waar de grens voor misleidende duurzaamheidsclaims ligt. Of deze rechtsgang bedrijven afschrikt is dus nog maar de vraag.
Bij de zaak van Urgenda tegen de Staat lijkt de afschrikkende werking van het civiele recht wel te werken, doordat het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens toepasbaar bleek. Er is sindsdien veel gebeurd in het klimaatbeleid, al is het volgens Urgenda nog niet genoeg. Marjan Minnesma, directeur van stichting Urgenda, laat weten dat als het vonnis niet nagekomen wordt, een dwangsom voor de Staat op tussen de 100 miljoen en 2 miljard euro uit zou kunnen komen (1).
Heeft een strafrechtelijke procedure tegen bedrijven meer potentie? Een strafrechter kan bepalen of iemand een strafbaar feit heeft gepleegd en daarvoor een straf moet krijgen. Zo voert strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq strijd tegen grote klimaat- en milieuvervuilers. Ze deed vorig jaar aangifte namens omwonenden tegen de leidinggevenden van Chemours (2) en eerder deed ze namens omwonenden aangifte tegen Tata Steel (3). Civiele procedures zouden zich te veel richten op schadevergoedingen en bij de bestuursrechter worden vooral vergunningen aangevochten, volgens Fiqc is het daarom veel effectiever en bedreigender om via het strafrecht bedrijven en hun leidinggevenden aan te klagen. Dat staat in een stuk van de Volkskrant over Ficq (4).
Milieuverontreiniging staat in het wetboek van strafrecht met een mogelijke gevangenisstraf van maximaal 15 jaar als gevolg. Het strafrecht is daarmee een logische stok om mee te slaan bij milieuzaken tegen bedrijven die vervuilende stoffen uitstoten voor omgeving en omwonenden. Maar strafrecht biedt om die reden ook minder grond voor klimaatzaken over bijvoorbeeld CO2-uitstoot en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Uit een juridisch artikel (5) dat verschillende gronden onderzoekt blijkt dat het veroorzaken van klimaatverandering in Nederlands recht geen strafbaar feit oplevert. Onder andere omdat strafrecht niet veel flexibiliteit biedt voor ruime interpretatie. In het civielrecht is er ruimte voor extensieve interpretatie, maar in het strafrecht bestaat het legaliteitsbeginsel, wat inhoudt dat iemand niet veroordeeld mag worden voor een feit waarvan niet al vast stond dat het strafbaar is.
Fossiele bedrijven vervolgen voor hun aandeel in klimaatverandering, door een strafrechtelijke vervolging voor vernieling of mishandeling, is overigens iets wat de Amerikaanse senator Bernie Sanders wel zou willen proberen (6).
Dan als laatste het bestuursrecht. Een bestuursrechter doet uitspraken in conflicten tussen particulieren en de overheid of tussen organisaties en de overheid. Het zou als een logisch rechtsgebied klinken voor een zaak tegen de staat zoals de Urgenda-zaak. Maar de bestuursrechter neemt concrete besluiten over vergunningen of omgevingsplannen. Volgens wijlen Ben Schueler, hoogleraar bestuursrecht en staatsraad in de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, was het Urgenda-arrest daarom ook lastig toe te passen in bestuursrecht (7). Hij schreef dat er een kloof ligt tussen het concrete besluit zoals een vergunningverlening en het algemene CO2-reductiedoel dat is gestoeld op zorgplicht en op grote schaal moet worden nageleefd.
Een organisatie die grote vervuilers wel aanpakt via bestuursrecht is Mobilisation for the Environment (MOB). Tata Steel, Schiphol, overheden, Circuit Zandvoort; een kleine greep aan bedrijven en instellingen waartegen MOB op grond van verkeerde vergunningverlening naar de rechter stapte. De doelen van MOB? Het opwarmen van de aarde tegengaan, de Nederlandse natuur laten herstellen en de regering houden aan op democratisch tot stand gekomen wetgeving.
MOB heeft in Nederland veel voor elkaar gekregen. In 2019 zorgden de rechtszaken van de organisatie ervoor dat duizenden vergunningen onder het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet meer geldig waren, met de stikstofcrisis als gevolg.
MOB probeerde met een rechtszaak over stikstofvergunningen CO2-opslag project Porthos tegen te houden. Toen Porthos doorgang vond liet MOB in een reactie weten (8) dat opslag en risico’s van CO2-opslag voor de rekening van de Nederlandse burger komt. Ook Greenpeace liet weten dat CO2-opslag een schijnoplossing is in de transitie naar een klimaatneutraal Nederland.
De Porthos-zaak over stikstofvergunningen was daarmee ook een klimaatzaak, waarin deze organisaties lieten weten het niet eens te zijn met het gevoerde klimaatbeleid. Als het over het milieu (omgevingseffecten) gaat leiden er in de verschillende rechtsgebieden dus meerdere wegen naar Rome. Maar als het over klimaat en CO2-uitstoot gaat blijft het lastig, het aangrijpen van wetgeving over milieu om grote CO2 -uitstoters te vervolgen is dan niet ongewoon.
1 https://www.ad.nl/binnenland/urgenda-stapt-opnieuw-naar-rechter-in-klimaatzaak-eist-dwangsom-van-de-staat~a0fe29a4/
2 https://op1npo.nl/2023/06/23/benedicte-ficq-roelof-bosma-en-joop-keesmaat-over-aangifte-tegen-chemiebedrijf-chemours/
3 https://nos.nl/artikel/2381367-bijna-1100-omwonenden-en-acht-stichtingen-klagen-tata-steel-aan
4 https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/van-tata-tot-chemours-geen-multinational-is-te-groot-voor-benedicte-ficq-de-vrouw-die-boeven-gewend-is~b1bd4da6/
5 https://www.bjutijdschriften.nl/tijdschrift/BSb/2020/3/Bsb_2666-6901_2020_001_003_002
6 https://www.vox.com/2019/11/12/20959293/bernie-sanders-climate-lawsuit-exxon-juliana-sinnok
7 https://www.milieurecht.nl/nieuws/wat-betekent-het-urgenda-arrest-in-het-bestuursrecht
8 https://www.bnr.nl/nieuws/duurzaamheid/10521269/kabinet-ontzettend-blij-milieuorganisaties-kritisch-porthos-uitspraak