Om het net toekomstbestendig te maken én elektriciteit van windparken op zee beter kwijt te kunnen op het, is TenneT op verschillende plekken bezig met uitbreiding. Zo worden er op zee drie elektrische hoogspanningsgelijkstroom (HVDC) transmissiesystemen gebouwd voor offshore windprojecten in Nederland. En het landelijke 380 kV-net wordt op drie plekken uitgebreid. Die plannen zijn recent opgenomen in het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK) en krijgen daarmee voorrang in de investeringsplannen van de netbeheerders.
“Goed dat het toekomstbestendig maken van het net nu vorm begint te krijgen. De knelpunten waren reeds lange tijd duidelijk uit de investeringsplannen en II3050. Nu de plannen voor de uitbreiding in het MIEK staan, kunnen ze ook echt prioriteit krijgen doordat EZK de procedures begeleidt. Hoe dan ook zijn deze projecten hard nodig. Zowel voor de aanlandingen van wind op zee als voor elektrificatie van de industrie.”
Als onderdeel van TenneT’s offshore netversnellingsprogramma worden in voor Nederland momenteel 3 offshore-converterplatforms gebouwd van elk 2 GW.
Deze week werd bekend dat het consortium onder leiding van Seatrium en GE Vernova ook het derde offshore windproject gaat bouwen. De werkzaamheden omvatten de engineering, inkoop, constructie, transport, installatie en inbedrijfstelling van het converterplatform.
Het gaat in totaal om een gecombineerd vermogen van 6 GW. Het platform zal bijdragen aan de doelstelling van TenneT om 40 GW aan offshore windenergie te installeren in de Duitse en Nederlandse Noordzee voor het NWBE (voorheen Nederwiek 2) offshore windpark, dat ongeveer 95 kilometer uit de kust ligt. De bouwwerkzaamheden beginnen op 1 juni 2024.
De netverbindingen van TenneT zullen naar verwachting tussen 2028 en 2030 voltooid zijn.
Op land wil TenneT het landelijke 380 kV-net op drie trajecten uitbreiden: vanuit hoogspanningsstations Vierlaten, Ens en Geertruidenberg. Omdat het projecten van landelijk belang zijn, onderzoekt TenneT samen met het ministerie van EZK nu de meest geschikte tracés. Demissionair minister Rob Jetten heeft de onderzoeksplannen – de Notitie Reikwijdte en Detailniveau – vastgesteld voor de drie verbindingen.
De eerste twee moeten vooral de Randstad beter aansluiten op windenergie die via de Eemshaven aan land komt. Eerst moet er een verbinding komen tussen de stations Vierverlaten bij Groningen-stad en Ens in de Noordoostpolder. Hier worden vijf alternatieven voor onderzocht. Daaronder ook een route die tien jaar geleden al eens is onderzocht, die parallel liep aan de 220 kV-verbinding. Nu is het plan dat de 380 kV-verbinding er alsnog komt, als aanvulling op de 220 kV-verbinding.
Vervolgens komt er een extra verbinding tussen Ens en Diemen, nabij Amsterdam, ter aanvulling op de bestaande 380 kV-verbinding langs de A6 via Lelystad en door Almere. Hiervoor worden meer verbindingen onderzocht. Onderzoekers kijken hier ook naar de ligging van hoogspanningsstations, waaronder een nieuw te bouwen station in de omgeving Almere/Zeewolde en het – al dan niet met nieuwbouw – uit te breiden hoogspanningsstation bij de Maximacentrale nabij Lelystad.
Deze twee hoogspanningsverbindingen zijn deze week opgenomen in het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK). Het derde tracé stond daar al in.
Het derde tracé moet met name het zuidwesten van Nederland beter gaan ontsluiten. Het gaat om een extra verbinding tussen het hoogspanningsstation Geertruidenberg en dat bij Krimpen aan den IJssel of station Crayestein bij Dordrecht. Voor de verbinding vanuit Geertruidenberg worden tien tracés onderzocht. Daaruit moet ook duidelijk worden welk eindstation de voorkeur krijgt: Krimpen aan den IJssel of Crayestein.
De voorkeursbesluiten voor de drie verbindingen worden in 2025 verwacht.
