In het internationale Klimaatakkoord is een stevige reductie van CO2-uitstoot afgesproken. Groene waterstof moet voor deze missie een sterkere rol gaan spelen.
Het blijkt uit een verklaring die is afgegeven na het onlangs gehouden World Economic Forum. Klimaatverandering en de strijd daartegen stonden hoog op de agenda. Uit een inventarisatie van waterstofplannen en -projecten blijkt volgens de verklaring dat 45 landen op politiek niveau de inzet van groene waterstof voor energievoorziening en industrie stimuleren. Nederland is een van de aanjagers. Sowieso staat groene waterstof in heel Europa vrij hoog op de agenda.
Opschalen van de productie van groene waterstof is dus het devies. Voornemens, plannen en projecten stuiten echter veelal op onzekerheid over commerciële haalbaarheid. Voor investeerders en bedrijven speelt simpelweg de vraag: ‘Gaat het mij op termijn wat opleveren, of is de investering toch te riskant?
World Economic Forum spreekt in zijn verklaring van een dreigend ‘gridlock’. Dat er genoeg enthousiasme is voor groene waterstof en er ook zat plannen zijn. Maar dat alle goede voornemens vertragen door of stranden op financiële en economische hobbels en hindernissen.
De hoge prijs van groene waterstof belet momenteel snelle inzetbaarheid voor industriële toepassingen. Daardoor is er nog onvoldoende vraag naar deze energiebron en inherent daaraan neemt de animo bij producenten van groene waterstof af om sneller dan nu op te schalen naar een hogere productiecapaciteit. Het lijkt een kip-en-ei effect.
De wereldwijde elektrolyser-capaciteit bedraagt nu enkele honderden megawatt. Er zijn weliswaar plannen, ook in Nederland, om in de komende jaren grote elektrolysers van 200 tot 500 megawatt en meer te realiseren. Maar dan nog is het een hele uitdaging om in 2030 aan de wereldwijd beoogde productiecapaciteit te komen van 115 gigawatt. Die is nodig op basis van alle gepubliceerde en aangekondigde strategieën van de industrie. In 2050 zou zelfs 5 terrawatt nodig zijn volgens IRENA (Inernational Renewable Energy Agency).
Bron: IRENA (2022) geopolitieke energietransitie: The Hydrogen Factor.
Door de hoge prijs van groene waterstof stijgt de prijs van industrieel geproduceerde producten zoals bijvoorbeeld van staal en chemie. Juist bedrijven in deze sectoren gebruiken veel fossiele energie en zijn erbij gebaat om meer groene waterstof in te zetten om de afspraken in het Klimaatakkoord te halen. De winstmarges op hun producten zijn echter te klein. Een oplossing zou minder belasting op ‘groene’ producten en hogere belasting op ‘grijze’ producten zijn volgens World Economic Forum. In elk geval kan fiscale sturing helpen.
Afbeelding: Industrial Analytics Platform.
World Economic Forum geeft in zijn verklaring vier adviezen om de transitie naar groene waterstof te versnellen:
Stimuleren van groene waterstoftechnologie en tegelijk een ban op of uit faseren van fossiele brandstoftechnologie.
Aanjagen van financiering van groene projecten door die bijvoorbeeld fiscaal aantrekkelijker te maken.
Bonussen invoeren voor bedrijven die groene grondstoffen gebruiken voor de productie. Dat bijvoorbeeld autofabrikanten moeten aantonen dat zij een bepaalde hoeveelheid groene materialen hebben gestopt in het eindproduct.
Coördinatie van nationale en internationale policy’s voor een groene waterstofstrategie.